De vrouw achter Faun Fables is Dawn McCarthy, alias Dawn the Faun. De titel van deze derde plaat 'Family Album' mag vrij letterlijk genomen worden: zowel haar broer en zus als haar moeder werkten mee aan dit album. Daarnaast is er een belangrijke rol weggelegd voor Nils Frykdahl, die naast de mannelijke stem ook een hele reeks instrumenten voor zijn rekening neemt. Het album is dan ook opgedragen aan de "McCarthy & Frykdahl families, who fill our treasure chests with tales to sing." Faun Fables wordt omschreven als 'sprookjesachtige singer-songwriter', iets wat meteen aan artiesten als CocoRosie of Devendra Banhart doet denken. Volslagen onterecht, zo blijkt.
Nochtans begint 'Family Album' niet onaardig. Een zweverige fluit en akoestische gitaar trekken openingstrack 'Eyes of a Bird' op gang. Wanneer Dawns hoge stem doorbreekt, lijkt de groep een mooi, apart geluid te hebben gevonden met een middeleeuws, folky kantje. Het neigt naar het pathetische, maar is niet overdreven. Die dunne grens wordt na 4 minuten echter helemaal doorbroken wanneer een overstuurde gitaar en hijgende Frykdahl invallen en Dawn begint te soleren met haar stem. Wanneer ze vervolgens opbouwen naar een climax, waarin Dawn het op een hysterisch krijsen zet, begint de luisteraar zich toch wel ernstige vragen te stellen. Jammer genoeg is dit soort uitspattingen eerder de regel dan de uitzondering: Faun Fables zit voor de rest van de cd voortdurend aan de verkeerde kant van de pathosgrens. Een mooi voorbeeld daarvan is 'Lucy Belle', waarin Frykdahl de zware, donkere leadstem op zich neemt. Frykdahl, begeleid door een goedkoop klinkende elektrische gitaar, refereert aan een getormenteerde Alan Partridge (de zanger van XTC) die in een slechte musical is aanbeland. Het refrein, met een rollend baspedaal en overdreven zware stem, doet dan weer aan een eigen, flauwe interpretatie van death metal denken. Toch blijkt bovenstaande musicalvergelijking niet onterecht, zeker niet wanneer een song als 'Carousel met Madonnas' – een cover van de Pool Zygmunta Koniezcyniego – zich aankondigt. Een gejaagde piano biedt de basis waarop Dawn haar lusten kan botvieren en met verschillende hoge stemmetjes een dramatisch rollenspel neerzet. Het geheel is echter zo overdreven dat het lachwekkend wordt. De vraag of dit nu gemeend is blijft dan ook voortdurend door het hoofd van de luisteraar spoken. Het jodelrefrein van 'Mouse Song' brengt daar weinig verandering in. Ook tekstueel is Faun Fables maar bedenkelijk, getuige 'Rising Din', waarin Frykdahl volslagen over the top begint te declameren. "My doom awaits me at the bottom of the stairs. / My doom waits patiently down there. / In a crumpled heap I lie, / I never thought I'd die / with a fresh batch of fast-drying Fixall in my hands."
Met 'Family Album' heeft Faun Fables ongetwijfeld één de meest arty-farty albums gemaakt van het jaar, al blijft de vraag of dit het doel was. Al zal er wel een publiek bestaan voor zwakke akoestische folk met invloeden vanuit gothicmetal en musical, het is zeker niet aan iedereen besteed. Het album heeft een mooie cover. Laat u er niet door misleiden.
Meer over Faun Fables
Verder bij Kwadratuur
Interessante links