Van alle Italiaanse operacomponisten is Ermanno Wolf-Ferrari een van de minst bekende. Deze vroeg twintigste-eeuwse componist was de zoon van een Duitse vader en een Italiaanse moeder. Hij Italianiseerde zijn voornaam naar Ermanno en voegde zijn moeders naam toe aan zijn achternam. Wolf-Ferraris dubbele achtergrond verraadt zich ook in zijn muziek: de meeste van zijn opera's (bijna allemaal komedies) vonden hun weg eerst naar Duitse operahuizen waar ze in Duitse vertaling opgevoerd werden. Zijn grootste voorbeelden waren Mozart en Italiaanse klassieke componisten als Boccherini en Pergolesi en met die achtergrond voorafschaduwt Wolf-Ferraris muziek het neoclassicisme dat avant-gardecomponisten na de eerste wereldoorlog in beslag nam. De muziek uit de opera 'L'Amore Medico', waarvan hier twee uittreksels voorgesteld worden, maakt zelfs heel expliciet referentie naar Italiaanse barok, in de canzona's voor koperblazers of de vlugge figuraties in de strijkers. De BBC Philharmonic gaf al eerder cd's uit met onbekend orkestwerk van onder meer Liszt of Smetana en presenteert hier ouvertures en intermezzi uit zes verschillende opera's, net als Wolf-Ferraris 'suite-concertino' voor fagot en orkest met Karen Geoghegan als soliste.
'I Gioielli della Madonna' was Wolf-Ferraris enige uitstapje in de richting van het Verismo, de operatische tegenhanger van het literair realisme en voor dit Napolitaanse drama kan hij in de vierdelige orkestsuite beroep doen op een hele resem Napolitaanse volksliedjes die steeds voor de nodige locale kleur zorgen (een razende tarantella als finale, een canzona als tweede deel) maar nooit goedkoop gaan klinken. Het zijn echter de ouvertures en tussenspelen voor Wolf-Ferraris komische opera's die het meest representatief voor deze cd zijn. De ouverture tot 'Il Segretto di Susanna', Wolf-Ferraris eenakter uit 1909 is een pareltje, vergelijkbaar met Bernsteins 'Candide' ouverture wat goed humeur en vrolijkheid betreft.
De fagot neemt de rol van 'clown van het orkest' op zich in het tweede en vierde deel - telkens humoristische, opgewekte deeltjes - van het fagotconcerto, maar Wolf-Ferrari gebruikt ook het lyrische tenorregister van het instrument kundig, in de donkere 'Notturno' die het werk opent of in de langzame serenade die het derde deel vormt. Fagottiste Karen Geoghegan staat stevig in haar schoenen en toont een opmerkelijke beheersing van haar instrument maar komt wat afstandelijk over. Het zijn vooral de langzame passages die wat meer delicaatheid hadden kunnen gebruiken.
Van die delicaatheid is het 'intermezzo' uit 'Il Segretto di Susanna' een uitstekend voorbeeld. Ook op eerdere uitgaven viel de BBC Philharmonic op door haar lumineuze en lichte opnameklank en die demonstreert ze in een heerlijk zachte klarinetsolo die begeleid wordt door even tedere strijkers. Een ander voorbeeld is de fragiele manier waarop de strijkers het fluisterende Ritornello uit 'Il Campiello' aanpakken. Het is een aanpak die Wolf-Ferraris gemakkelijk beluisterbare maar nooit banale muziek alle eer aandoet en al het goede humeur, de lichtheid en zin voor melodie van deze vroeg twintigste-eeuwse componist naar voren brengt.
Meer over Ermanno Wolf-Ferrari
Verder bij Kwadratuur
Interessante links