Ed Wood Jr., het was aanvankelijk een vleselijke man die zich filmacteur, -regisseur en -producer noemde en wiens leven in 1994 verfilmd werd met Johnny Depp in de hoofdrol. De hulde stopt niet bij deze film, want in 2008 besliste een Franse groep in Rijsel om hun pasgeboren kind te benoemen als Ed Wood Jr. Ze creëren een geluid dat zich ergens schuil houdt op het kruispunt tussen stevige gitaarrock en samples, met hier en daar de nodige loops en voldoende ruimte voor de onvervangbare drum. In deze hoedanigheid verliezen ze nooit de drang voor het experiment, waardoor op hun tweede album ‘Silence’ geen spoor te vinden is van radiovriendelijk geweld.
Ondanks de ruime elektronische landschappen die geschetst worden, zit de kracht van het album toch eerder in de ‘klassieke’ gitaar- en drumpartijen, bijgestaan door een bij wijlen hysterische stem. Een schoolvoorbeeld hiervan is ‘Minitel’, waar het elektronische pallet als een overbodige dressing bovenop een aangename structuur ligt. Ook wordt dit duidelijk tijdens één van de hoogtepunten ‘Themeo’ waar dan weer minder plaats werd gelaten voor samples of loops.
Enkel tijdens ‘ IVCV’ weet Ed Wood JR op een indrukwekkende manier een epische sfeer neer te zetten, waarbij zelfs de doorwinterde rockliefhebber even moet gaan zitten. Dit kunstje herhalen ze nog eens tijdens ‘Walkwoman’ en ‘Quincunx’, maar hier doen ze het met andere ingrediënten (de vocale steun is hier bijzonder dankbaar) en met een pak meer ritmiek. Zo ontstaat hier een heerlijke smeltkroes van het intensere muziekgeweld.
Toch is niet elk nummer op ‘Silence’ een hoogvlieger. Nummers als ‘Babtrip’ en ‘Oktober’ lijken het achterste van hun tong nooit te tonen. Het zijn eerder experimenten die gevangen zitten in hun ontstaansproces of vastlopen in hun complexiteit.
‘Silence’ kan gezien worden als een goede knokpartij: er komen continu slagen van links en van rechts, maar aangezien niet elke arm even krachtdadig of motorisch is, kan niet elke slag even hard aankomen.