Als jonge snaak snuffelt iedereen wel eens in de platencollectie van zijn pa. Op een gegeven dag wordt dan dat ene album ontdekt dat je passie voor muziek een grote wending doet nemen. Het is niet ondenkbaar dat 'All Night Long', een opname uit 1956, in deze context dienst deed als opstapje naar de jazz. 'All Night Long' is immers een zeldzaam stukje jazz (in de zin dat Byrd en Burrell niet vaak samen speelden) dat eigenlijk perfect aansluit bij de idee die velen er over jazz op na houden. De degelijke band met afwisselende solisten, het moderne jazz ritme, het elkaar als het ware proberen overtreffen in vindingrijkheid. Naast Burrell en Byrd klinken de namen van o.a. Mal Waldron, Hank Mobley.
Het album opent met het titelnummer 'All Night Long', een swingende jam van 17 minuten die opgebouwd is rond een compositie van Burrell. Art Taylor zet het gezelschap in gang op zijn hi-hats en onmiddellijk is het de beurt aan Burrell die zijn gitaar frisse deuntjes laat zingen. Daarna passeren de solisten één voor één de revue om elk een vrolijk klinkende solo te spelen. Twee maal komen alle blazers tegelijk aanrukken om aan de eenvoud een wat chaotisch en drukkend element toe te voegen. Jerome Richardson leidt Boo-Lu in op fluit en schept een soort spanning die wat exotisch klinkt. Wanneer dan de rest van de band het thema aanheft, ligt het tempo eerder hoog, maar niet zenuwachtig. De vibratie die hij in zijn toon legt zorgen voor broeierigheid en een zinderend warm gevoel. 'Flickers' en 'Lil' Hankie', respectieve composities van Waldron en Mobley, dragen ook hetzelfde motief van opgewektheid. Pas in het nummer 'Body & Soul' komt Byrd zelf echt nadrukkelijk aan bod. 'Body & Soul' is een honingzoete ballad waarin vooral Byrd en Burrell met een fabelachtige lyriek de adem even doen stokken. 'Tune Up' is een extraatje dat op de originele versie van 'All Night Long' niet werd uitgebracht. Dit stuk van Miles Davis staat er niet volledig op en is eigenlijk ook niet zo'n heel boeiende vertolking. Eigenlijk is 'All Night Long' noch een studio album noch een live album. 7 muzikanten ontmoeten elkaar om eens van gedachten te wisselen. Wat dit album juist aantrekkelijk maakt is de souplesse en de charmante nonchalance waarmee de stukken zijn ingespeeld. Toch neemt dit niet weg dat Burrell ook hier laat horen dat hij een fijnbesnaard gitarist is en Byrd een patent trompettist. De ritmesectie blijft in toom maar de solisten geven het beste van zichzelf, met Richardson op kop.
Deze jamsessie luistert zeer vlot. Hoewel de grootse momenten ontbreken, druipt de spontaneïteit er van af. Het is en blijft gewoon altijd fijn om de virtuoze Kenny Burrell aan het werk te horen. Zeker als hij zulke - toen nog jonge - talenten onder zijn hoede nam.

Meer over Donald Byrd & Kenny Burrell


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.