Het wordt stilaan duidelijk dat de oprichting van Aerophonic Records een artistieke noodzaak was voor Dave Rempis. Nadat de saxofonist vorig jaar al ‘Phalanx’ en ‘Boss of the Plains’ uitbracht, kondigde hij dit voorjaar alweer vier nieuwe releases van eigen projecten aan. Dat wekt de indruk dat ten huize Rempis de studiosessies en live-opnames in bulk liggen opgestapeld. Bovenaan die figuurlijke hoop bevonden zich enkele concertregistraties van een niet alledaags trio, die werden gebundeld onder de titel ‘Aphelion’.

In een interview van enkele jaren geleden werd Rempis gekenschetst als de kroonprins van de hedendaagse “jazz-met-een-hoek-af” in Chicago. In de slipstream van Ken Vandermark (nog steeds de onbetwiste koning) is de saxofonist een van de meest actieve en toonaangevende spelers van de grootste stad van de Midwest. Met The Engines en The Rempis Percussion Quartet schopte hij het reeds tot in het favorietenlijstje van menig criticus, maar zijn muzikale bezigheden bestrijken nog heel wat diverser terrein. Het trio Wheelhouse heeft met name veel aandacht voor klank, timbre en spontane harmonische ontwikkelingen, terwijl het bij Ballister vooral de bedoeling is om hard te knallen. In trio met bassist Joshua Abrams en percussionist Avreeayl Ra lijkt Rempis beroep te doen op zijn studie-ervaringen in Ghana, waar hij zich verdiepte in Afrikaanse muziek en etnomusicologie. De plaat begint namelijk met een vier minuten lang vredig percussiestuk getiteld ‘Ruah’, waar een heel exotische sfeer wordt geschept door het gebruik van onder meer guembri (een Noord-Afrikaans snaarinstrument) en een kleine harp.

Men trekt echter best niet te veel conclusies op basis van die openingstrack want in de twee sets die daarop volgen (en die beide ruim over de twintig minuten gaan) laat het trio een heel ander gelaat zien. Rempis gaat al snel op het gaspedaal staan in het hoog energetische en onrustige ‘Noria’, waarin de muzikale spanningsboog grillig op en neer gaat. Na een korte explosie van de altsax bouwt het trio hier plots af tot er weinig meer overblijft dan cimbaalgeritsel. Dan doet de baritonsax haar intrede, die een tijdlang diep mag grommen terwijl Abrams heel zuivere baslijnen aanstrijkt. Zo gaat het stuk een klein half uur door, waarbij plotse dynamische ingrepen en auditieve mood swings voor afwisselend kleurrijke en vurige passages zorgen.

‘Saqiya’ drijft vooral op de inventiviteit van de ritmesectie. Ook hier ruilt Abrams zijn contrabas in voor de guimbri, terwijl Ra zijn percussief palet beperkt tot bijna uitsluitend de grote en middelgrote drums van zijn drumset. De hobbelende loopjes van Abrams en de primitieve aanduidingen van Ra inspireren Rempis tot heel ritmische partijen en een frasering die heel afgeknepen klinkt, wat de muziek een oosterse toets geeft. Het samenspel van de ritmetandem komt tot een subtiel maar bezwerend hoogtepunt pal in het midden van de set, waaruit nogmaals blijkt dat vrij geïmproviseerde muziek ook zonder kracht en virtuositeit tot prachtige dingen kan leiden.

'Aphelion' zet zo de toon voor een indrukwekkende reeks Rempis-releases die staan aangekondigd voor 2014. Ondertussen verscheen ook al de duoplaat 'Second Spring' (met drummer Tim Daisy) en in mei wordt zowel een lp met noise-viking Lasse Marhaug als een trioplaat met trompettist Darren Johnston en saxofonist Larry Ochs op de wereld losgelaten. De fans zullen een tandje mogen bijsteken.

Meer over Dave Rempis, Joshua Abrams, Avreeayl Ra


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.