Het vergt uiteraard meer dan het juiste schoeisel en dito smoelwerk om iets van Bachs fenomenale 'Goldbergvariaties' te kunnen maken. Om en bij de dertig lentes oud heeft de New Yorkse pianist Dan Tepfer inmiddels een trio met Thomas Morgan aan zijn zij en ook qua techniek zullen weinig jazzpianisten deze hippe vogel naar de kroon stoten. Ogenschijnlijk gemakkelijk in de ogen van de leek, vergen de 'Goldbergvariaties' echter heel wat van de uitvoerende solist: er moet voelbaar doorzicht zijn in de partituur, idealiter is er een streven naar een zekere idiomatische uniciteit aanwezig en elke variatie op zich zou tegelijk een essentieel kenmerk zijn van het totaalconstruct moeten zijn, terwijl de afzonderlijke bouwstenen natuurlijk niet onevenredig veel belang mogen krijgen. Het werk is daarom onder klassiek geschoolde pianisten even gevreesd als gereputeerd: de partituur kan enorm veel losweken, maar echt beklijvende uitvoeringen zijn er niet bij de honderden.

Dan Tepfer is zoals gezegd een jazzpianist en interesseert zich logischerwijs minder voor zomaar een nieuwe uitvoering. Wat hij doet, is de muziek van Bach naast eigen variaties (op de variaties!) plaatsen, waardoor barok voortdurend met eigentijdse improvisatie in aanraking komt. Dat lijkt een interessante oefening, en inderdaad bedachten andere musici al eerder de waarde van dit concept. Zo geldt de caleidoscopische visie van componist en pianist Uri Caine als een van de meest verfrissende mijlpalen uit de jazz van het vorige decennium – hoewel men die arrangementen in veel meer hokjes kon stoppen dan alleen dat van de jazz. Wat Tepfer doet is niet, zoals Caine of accordeonist Teodoro Anzellotti (om een ander voorbeeld te noemen), het zoeken naar nieuwe klankkleuren: hij blijft bij de piano en speelt zijn interpretatie(s) in op een hedendaagse vleugel. Deze Yamaha klinkt helaas behoorlijk technisch en Tepfer lijkt ogenschijnlijk niet pianistiek onderlegd genoeg om de partituur zelf te overstijgen. Zijn Bach-vertolkingen vloeien te weinig en het feit dat ze telkens worden onderbroken door ander materiaal, zorgt ervoor dat dit album het niet van zijn continuïteit noch van zijn verheven visie op de muziek van Bach moet hebben.

De variaties die Tepfer zelf ontwikkelde zijn gelukkig wel aan de interessante kant. De Amerikaan is geen genie die in de diepte heeft zitten graven, maar wat hem trof in de afzonderlijke variaties van Bach (en wat veel luisteraars ook zullen kunnen oppikken), verwerkte hij letterlijk in zijn eigen "commentaren". Als gevolg zijn de variaties op de variaties speelse oefeningen met ritmiek of melodie, gegoochel met hakkelend herhaalde cellen of letterlijke frasen waar Tepfer jazzy, donkere akkoorden onder plaatst. De eenvoud is soms wat al te frappant: aan het slot herhaalt zich de bekende aria (die Tepfer ook tijdens de opening al ietwat sentimenteel naar zijn hand zet) in een geforceerd dwalende, lichtjes druilerige jazzversie. Dat zijn de minder beklijvende momenten van de cd, waarin de pianist zelfs hachelijk balanceert op het randje van de goede smaak. Over het algemeen zijn de improvisaties echter wel aangename verpozingen, zonder meer. De verregaande herwerkingen van Uri Caine, laat staan de originelen, worden in ieder geval absoluut niet overtroffen. Maar wie had daarop gehoopt?

Meer over Dan Tepfer, Johann Sebastian Bach


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.