De bluegrass-zangeres Dale Ann Bradley werd – het klinkt als een huizenhoog cliché – geboren in het zuiderse Kentucky als dochter van een predikant. Op haar veertiende toerde ze al met het trio van de orkestleider van haar school en niet veel later werd ze lid van de New Coon Creek Girls, waarmee ze meerdere platen maakte. 'Catch Tomorrow' is dus alleszins niet Bradleys proefstuk. Op dit plaatje brengt de veterane traditionele nummers, eigen composities en hier en daar zelfs wat cross-over.
Het album wordt ingeleid met 'Rita Mae', of hoe een nummer archetypisch kan zijn voor bluegrass. Vedel, banjo, mandoline, gitaar en stem met een typisch Amerikaanse, nasale klank produceren een tegelijkertijd voortjakkerende en opzwepende song met weinig originele kleuren. Maar met kleine, bescheiden solootjes naaien de vedel, de mandoline en de banjo de vocale delen met chirurgische precisie aan elkaar. Bovendien kan het nummer de vruchten plukken van een zorgvuldig arrangement: doordat instrumentengroepen de wacht aflossen en verrassende overgangen maken komt, klinkt het geheel dynamisch en gevarieerd. 'Live Forever' is dan weer een doorsnee vlotte popsong waar enkel de banjoklank nog expliciet refereert naar countrymuziek. 'Holding on to Nothing' is een vocaal duet met Marty Raybon dat zo uit een zuiders wegrestaurant afgeluisterd lijkt. Ofschoon de song met oog voor detail in elkaar is gestoken, valt ook hier weinig origineels of verrassend te horen. Voor een eerste creatieve uitspatting is het wachten op 'I Can't Stand the Rain', dat opent met Bradleys stem in bluesregister. Het gitaarspel is vuiler, ruiger en zelfs wat funky. Na een misleidende vertraging schiet de song pas echt in gang, aan dubbel tempo. Vooral Alison Brown op banjo levert hier verbluffend virtuoos werk. Dat haar muzikale wortels en openheid ver reiken, bewijst Bradley op 'When the Mist Comes Again', een samenwerking met de Ierse folkgroep Lúnasa – doedelzak incluis -. Het is onmogelijk uit te maken of het om een Ierse groep gaat met Amerikaanse gasten of vice versa: de desolate intro op fluit is oer-Iers, Bradleys accent erg Amerikaans. Desondanks klinkt het als een coherent, overtuigend geheel.
'Catch Tomorrow' is een plaat die zonder veel moeite bluegrassliefhebbers zal kunnen inpakken met haar vakkundig spel en uitgekiende arrangementen. Ondanks enkele uitstapjes op de grens van andere genres blijft het echter een erg homogeen klinkend album, dat het met één kleurenpalet en enkele kleine variaties moet stellen.
Meer over Dale Ann Bradley
Verder bij Kwadratuur
Interessante links