De muziek op dit album is al even sympathiek als de film die ervoor aan de basis lag. De Russische prent 'Aelita' vertelt het verhaal van de koningin van Mars die verliefd wordt op een aardbewoner. Zoals het past in de communistische filmretoriek van 1924 leidt een en ander tot een volksopstand die de onderdrukkers omverwerpt. Belangrijker voor de muziek van Cleaning Women is echter de archeologische sciencefiction die het beeld domineert: bordkartonnen technologie van een maatschappij die amper de uitvinding van de trein verteerd heeft.
De sound van Cleaning Women loopt parallel hiermee: de industrial van repetitieve percussie en bij momenten stevige elektrische gitaren beheerst het geluid, maar krijgt steevast een twist die meer dan eens een relativerende grijns wordt. Zo klinken de Cleaning Women als een Finse en vrouwelijke versie van de Einstürzende Neubauten. Letterlijk en figuurlijk, want de drie mannelijke bandleden, die aangeduid worden als CW01, CW03 en CW04, voelen zich beter in vrouwenkleding. Bovendien bestaat hun percussie-instrumentarium uit wasrekjes en keukenrobots, in plaats van de metalen platen en staven die al eens aangewend worden bij originele industrialbands.
Deze huis-, tuin en keukenbenadering belet de band niet om hier en daar donker uit de hoek te komen, zoals in de titelsong waar de rollende drum en de beukende gitaren op het einde zelfs de deur naar de metal openzetten. Op andere momenten gaat de muziek zelfs een beetje slepen en in 'A Laundry Track' wordt de tekst gespuwd tegen de achtergrond van een strakke industrialbeat en een brommende baslijn, alsof Zack de la Rocha in hoogsteigen persoon de zaak van de huisvrouwen komt bepleiten.
Aan de andere kant staan de zwoele latindrive van 'Teknigrad' – die het nummer een verdacht hoge gezelligheidsfactor meegeeft – of de Oosterse Balkaninvloeden van 'Enthusiasmus'. De kroon wordt echter gespannen door 'Hotel Jungle Fever' dat het midden houdt tussen een cheesy reclametune voor een bedenkelijk vakantieoord en de pseudo avant-electro die al eens opdook tijdens het Eurovisie Songfestival in de jaren '80. De plotse sambaritmiek met Oosters aanvoelend gitaargeluid maakt de song er niet ernstiger op. Op de grens van ernst en ironie laat de band ook horen dat ze muzikaal aardig uit de voeten kunnen. De hoekige riff en de snelle hoempa op het einde van 'It's a Classic' – Frank Zappa zou graag even meegespeeld hebben – de roterende baslijn van 'Secret Passenger' of de goed opgebouwde songs laten horen dat Cleaning Women meer is dan een gimmick.
Huisgemaakte industrial, ironie en mantelpakjes tegen de achtergrond van verlepte Sovjetpropaganda: Cleaning Women gaat er waarschijnlijk nooit een MTV-Award voor krijgen, al was het maar omdat deze categorie momenteel nog niet voorzien is in de meer lucratieve muziekbusiness.
Meer over Cleaning Women
Verder bij Kwadratuur
Interessante links