Carmina Burana is een verzameling studentenliederen uit de middeleeuwen. In het begin van de 20ste eeuw zijn de teksten van deze codex teruggevonden. Een aantal musicologen uit die tijd hebben de oorspronkelijke muziek gereconstrueerd maar het resultaat was niet al te schitterend. Carl Orff wou toch iets met die teksten doen en heeft ze zelf terug op muziek gezet. Zijn orkestratie was wél een succes. In geen tijd was de originele muziek vergeten en werd de muziek van Orff één van de bekendste werken uit de 20ste eeuw. Het orkest, de Berliner Philharmoniker, is al decennia lang één van de beste orkesten van de wereld. Een garantie voor een uitzonderlijk goede plaat.
Het werk bestaat uit een aaneensluiting van de 24 liederen. Het eerste lied is het overbekende 'O, Fortuna'. Hierna begint de eerste onderverdeling van het werk 'I Primo Vere'. De gezangen zijn heel ingetogen met een stem die heel zachtjes door het orkest begeleid wordt. De lente wordt bezongen, maar natuurlijk ook de amoureuze gevoelens die met dit seizoen verbonden zijn. Het leuke van deze uitgave is dat de Latijnse teksten ook vertaald zijn in Frans, Duits en Engels zodat ook wie geen Latijn gestudeerd heeft alles kan begrijpen. Het is verwonderlijk hoe een mens misleid wordt door het plechtige karakter van deze taal. Je hoort een serene melodie en je denk dat het over heel deftige zaken gaat, maar een student in de middeleeuwen zat blijkbaar niet veel anders in elkaar als die van vandaag. In het tweede gedeelte 'Uf Dem Anger' gaan de gezangen over de bewondering voor de natuur. De koorpassages doen denken aan sirenegezangen. Naar het einde van dit gedeelte begint het orkest de boel langzaam op te zwepen. En jawel hoor: in het volgende gedeelte ' In Taberna' zijn we in de kroeg beland. Een schitterende bariton, Christian Gerhaher nodigt het gezelschap uit voor een drinkgelag terwijl het orkest met opzwepende ritmes te kennen geeft dat ze er wel iets voor voelen. De fagotmelodie die hierop volgt illustreert schitterend het gevoel van 'the morning after'. Wat echter geen reden is om de volgende avond niet alweer in de kroeg te zitten. Het schitterende 'In Taberna quando sumus' besluit dit gedeelte in een opwindende dans van de hele bende. Het is verwonderlijk dat het koor in dit tempo zo duidelijk blijft articuleren. Het volgende gedeelte is 'Cour d'Amours' liederen over de liefde. De sopraan- en tenorsolo's in dit gedeelte zijn ronduit schitterend. Orff toont hier ook zijn meesterschap op gebied van orkestratie want met weinig middelen brengt hij al een prachtige sfeer wat het effect van een donderende tuttipassage veel groter doet worden. Na een hele rits liederen komt het paar dichter bij elkaar. En met de terugkeer van 'O Fortuna' wordt het werk besloten in een schitterende finale.
Deze cd is een absolute aanrader. De muziek is prachtig en de uitvoering is ronduit fantastisch. De Berliner Philharmoniker is en blijft een absoluut toporkest, alleen jammer dat ze zo weinig in België te zien zijn. Het Rundfunkchor van Berlijn moet hier al niet voor onderdoen. Dirigent Sir Simon Rattle zet een zeer geloofwaardige interpretatie neer. Alles loop perfect organisch in elkaar over. En dit alles gecombineerd met absolute topsoliten. Schitterend is een understatement.
Meer over Carl Orff
Verder bij Kwadratuur
Interessante links