Zelden zoveel enthousiasme gezien als toen bekend werd dat de Nederlandse deathmetallegende Asphyx terug 'live and kicking' was. Hun rentree in de metalen gemeenschap – de liveplaat/dvd 'Live Death Doom' – liet een band horen die terug hongerig was en die genoot van elk moment. De toevoeging van nieuwe gitarist Paul Baayens zorgde er bovendien voor dat na relatief korte tijd nieuw materiaal opdook en 'Death... the Brutal Way' was een feit. Daar waar in het verleden de mensheid soms lang moest wachten op nieuw materiaal, staan de heren er nu al terug met het sublieme 'Deathhammer', waaruit eens te meer blijkt dat old school death/doom perfect in staat is de vullingen uit tanden los te daveren.
Zoals te verwachten viel, is 'Deathhammer' de logische voortzetting van alles wat ook maar enigszins naar Asphyx ruikt. De muziek klinkt nog steeds hetzelfde. Dat betekent zoveel als dat de solide drums van Bob Bagchus stevig de zweep erop leggen, alleen niet qua snelheid. Asphyx is nooit een snelle band geweest, en daarin lag/ligt dan ook hun sterkte: de slepende en moordende songs walsen simpelweg over de luisteraar heen. Dat logge zit hem ook in de heerlijk retro gitaarklank, die bol staat van smerige distortion. De riffs zijn opnieuw bewust eenvoudig gehouden, maar knallen er wel los op. Kers op de taart is dan uiteraard frontman Martin Van Drunnen. Die geweldig herkenbare en enorm brutale kwijlstrot valt uit de duizend te herkennen en geeft Asphyx dat extra tintje ziekelijkheid die hen zo eigen is.
Afwisseling is overigens troef: met het titelnummer komt de band binnen met een lekker polkaritme en viert de old school death metal hoogtij. Daarna mag het tempo weer naar beneden met 'Minefield', een doomsong die zo drukkend is dat een mens er haast ongemakkelijk van wordt. Volgende uitschieter is zonder twijfel 'Der Landser', alweer zo'n song waar de dreiging van af druipt en gezegend met rechtdoorzee maar oh zo effectieve gitaarpartijen. Asphyx heeft geen tijd voor watjesachtige melodielijnen, complexe songstructuren en zevenhonderd riffs in een enkel nummer: het moet beuken! Dat 'Deathhammer' dan ook ongenadig toeslaat, getuigt van het absolute vakmanschap en plezier dat de heren hier beleven. Een speciale vermelding nog voor afsluiter 'As the Magma Mammoth Rises', wat naast een onwaarschijnlijk straffe titel een pompend beukbeest is, een slepende moloch waar elk haartje van gaat recht staan en op gelijke voet mag staan met klassieker 'The Rack'.
Asphyx komt, ziet en overwint alweer. Techneuten gaan hier niets aan vinden, maar wie de Riff (met hoofdletter) hoog in het vaandel draagt en verkikkerd is op songs die er meer dan staan, kan enkel dit album in het hart sluiten en hoog in een eindejaarslijstje laten eindigen.