De man van de grote vernieuwing zal saxofonist Andy Middleton allicht nooit worden. Toch is 'Between Worlds' een opmerkelijk album. Niet omdat de muzikant ergens buiten de lijntjes kleurt, maar juist omwille van het gemak waarmee hij, aan de hand van gekende ingrediënten, toch een frisse plaat kan afleveren vol eenvoudige, maar nergens vervelende jazznummers. De kracht van dit album schuilt dan ook voor een stuk in de heerlijke thema's, die telkens weer een lust voor het oor zijn. Bovendien vormen ze de aanleiding tot heel geïnspireerde solo's, zowel van Middleton zelf als van zijn bandleden. Dat zijn elk op zich individuen die op het Europese vasteland nog niet helemaal doorgebroken zijn, maar met hun oer-Amerikaanse geluid wel bewijzen dat ze de knepen van het vak tot in de puntjes beheersen.
Middleton zelf tekent voor de meest expressieve solo's, die zowel de hoogte als de laagte kunnen uitschieten en het beste van tientallen jazzgrootheden verzamelt in een stijl. Die is niet zo persoonlijk als die van een Joe Lovano of een Lee Konitz, maar weet de luisteraar toch volledig in te palmen en dat is uiteraard het voornaamste. Pianist Tino Derado slaagt er iets minder goed in om zich los te maken van de clichés, maar zijn attente spel en zijn onderbouwende aanwezigheid zorgen wel degelijk voor een meerwaarde. Ook drummer Alan Jones en bassist Paul Imm zijn meer dan begenadigde improvisatoren vooral rotsen in de branding, die Middleton in zijn geweldige solo's van een solide, maar niet te slappe ruggensteun voorzien. Nergens wordt het geheel voorgekauwd of eenzijdig en dat maakt 'Between Worlds' tot meer dan een aangename verrassing.
Als Belg mag men overigens een tikkeltje trots zijn op deze cd, want landgenoot Mischel Bisceglia wist Middleton te overhalen deze plaat op te nemen voor "zijn" label Prova Records, dat met deze muzikant dus een eerste internationale klepper binnenhaalt. Bovendien stimuleert Bisceglia Middleton in zijn sociaal engagement: een aantal nummers zijn geschreven om een maatschappelijk probleem aan te kaarten en ook de cover is een klein politiek statement. Hoewel zich dat allemaal amper laat merken in de muziek, is het geen slecht gegeven dat muzikanten hun publiek ook buiten de noten iets willen meegeven. Des te beter als dat subtiel gebeurd, en totaal onafhankelijk van het artistieke eindproduct.