Virtuositeit kan een vloek en een zegen zijn: dat eerste is het in handen van patsers die wegens een chronisch gebrek aan muzikale inhoud tegen alle mogelijke records aanschurken, in het tweede geval zorgt het voor een groot vocabularium bij diegenen die wel iets te vertellen hebben. Ud-speler Ahmad Al Khatib en percussionist Youssef Hbeish (slagwerken bij het Trio Joubran) behoren gelukkig tot de tweede categorie.

Goede virtuositeit is contraproductief. Wie iets technisch echt beheerst, kan het gemakkelijk laten lijken en ook dat gaat op voor dit duo. Al Khatib kan, zonder de muziek te verbrijzelen, zijn ud stevig aanslaan en wisselt vlot van melodisch spel naar arpeggio’s of doet de twee tegelijk. Melodie en begeleiding samen genereren is voor hem bijgevolg geen enkel probleem. Bovendien speelt hij heel trefzeker. Zo maakt hij gebruik van subtiele kwarttonen en kan hij extreme registers van de ud heel precies benutten, zoals te horen in ‘Shadhâ’, waar hij een motief op enkele seconden door drie verschillende registers jaagt.

Hbeish maakt het zichzelf ook niet gemakkelijk. Eerst en vooral omdat hij zich beperkt tot het gebruik van trommen. De riqq, darbuka, bendîr en zarb mogen dan elk een eigen geluid hebben, het is toch vooral de manier van spelen van Hbeish die het onderste uit de kan haalt. Wat zich daar bevindt, is het best te horen in zijn solostuk ‘Li Alix’. Laag per laag opgenomen, stapelt Hbeish hier verschillende ritmische patronen tot een complex geheel. De diverse partijen gebruiken immers andere onderverdelingen van de “maat”, waardoor een kluwen van ritmes ontstaat. Dit wordt nog verrijkt met de schakeringen in kleuren die uit de trommen getoverd worden, tot kleine glissandi toe.

Het grote wapen van de Al Khatib en Hbeish blijft echter het samenspel. De twee Palestijnen kennen elkaar ondertussen al zo’n vijftien jaar en dat lijkt te horen. De vlotheid waarmee ze elkaar vinden, is ronduit verbluffend. Constant zitten ze elkaar op de huid en  schakelen ze simultaan een dynamisch niveau of een versnelling hoger of lager. Dit aanvoelen is geen overbodige luxe met de ambitieuze composities waar de twee mee aan de slag gaan. Minutieus uitgewerkt en –gedacht, beperken die zich niet tot één melodie en begeleiding, maar zijn ze steevast opgebouwd uit verschillende delen. Zo kunnen Hbeish en Al Khatib grooven als gek en tegelijkertijd die groove overstijgen. Of het nu gaat om de draaiende trancebeweging van ‘Khudnî Maak’ of de dodenmarsritmiek van ‘Sifr El-Khurûj I - Musa’, steeds overstijgt het duo de loutere sfeer.

In het titelnummer van de cd is te horen hoe hoog de lat qua samenspel ligt. De lichtvoetigheid waarmee de twee hier spelen, suggereert een charmante argeloosheid, maar een hele reeks muzikale gedaanteveranderingen maken duidelijk dat er op het scherp van de snee gespeeld wordt. Als in een doolhof van kleine steegjes van een middeleeuwse stad nemen de twee de luisteraar mee naar waar die anders nooit zou komen. Er weer weg geraken, is een ander paar mouwen, want ‘Sabîl’, zowel de track en de cd, laten de luisteraar maar met moeite los.

Meer over Ahmad Al Khatib & Youssef Hbeish


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.