In mei 1996 zakken vijf gerenommeerde accordeonisten af naar de Gentse Vooruit. Na drie dagen voorbereiding trekken ze op Europese tournee. Tien jaar later is het collectief aan een derde cd toe: 'Lunghorn Twist'. Bratko Bibič (Slovenië), Guy Klucevsek (VS), Maria Kalaniemi (Finland),
Bratko Lars Hollmer (Zweden) en Otto Lechner (Oostenrijk) zijn hierop te horen op verschillende instrumenten met elk hun eigen beperkingen en mogelijkheden. Bovendien komen de muzikanten ook allemaal aan bod als componist en worden ze gegroepeerd in bezettingen die variëren van duo's tot voltallige kwintetten.
Ondanks de uiteenlopende achtergronden van de leden van Accordion Tribe (Kalaniemi doceert aan het bekende folkdepartement van de Sibelius Academie en Klucevsek is kind aan huis bij de Amerikaanse avant-garde) klinkt het album opmerkelijk homogeen. De muziek is duidelijk schatplichtig aan de volksmuziek, elegant en smaakvol. Humor is heel natuurlijk aanwezig, maar slaat nooit om in sarcasme of misplaatste zelfspot. De liefde voor hun instrument zit duidelijk diep.
Melodie en dansritmes domineren, maar de walsen en polka's passen niet helemaal binnen de klassieke lijntjes. Niet dat er zwaar geëxperimenteerd wordt, maar maatwisselingen, asymmetrische maatsoorten, harmonische eigenaardigheden, gelaagde arrangementen en de compositorische uitwerking maken duidelijk dat Accordion Tribe eerder speelt voor de concertzaal dan voor het trouwfeest.
Door de verscheidenheid aan composities en accordeonklanken kan het ensemble een heel scala van sferen en gevoelens bestrijken: van het speelse en huppelende 'Quickstep Tribal' tot het ijle 'Soonsong', dat klinkt als een oude balladevertelling. Wanneer alle muzikanten op het appel verschijnen kan de groep een dreunend geluid neerzetten. In 'Heimo' van Kalaniemi laat het kwintet zich zo op zijn stevigst horen, waarbij consequent legatospel de frasering net iets te log maakt. De ritmische gelaagdheid van de compositie countert dit echter, zodat de balans goed blijft zitten. In 'Pompen' wordt het eigen karakter van de muziek op een heel andere manier belicht. De volkdansachtige melodie met een misdadig ondertoontje (als een opdringerig zeemanskoor) wordt verrijkt met vreemde harmonieën, waardoor de ze uit de wereld van de traditionele muziek gelicht wordt.
Nog verder rijkt de ambitie wanneer er gekozen wordt voor arrangementen waarin de melodie omspeeld, onderling doorgegeven en polyfoon verwerkt wordt. Deze manier van werken maakt stukken als 'Zirkelreise' en 'Hymnera Laborae I, II, III' tot de meest complexe van de cd. Het onregelmatige walskarakter van dit laatste stuk (de wiegende driedelige maatsoort wordt soms onderbroken door een tweedelige) wordt daarbij verdoezeld door de souplesse en de virtuositeit waarmee alles gespeeld wordt. De muziek cirkelt onophoudelijk door, ook in de moeilijkere structuren, iets wat ook terugkeert in 'The Return of Lasse'.
Op het album 'Lunghorn Twist' vindt de Accordion Tribe een goed evenwicht tussen toegankelijkheid en muzikale diepgang. De luisteraar echt verrassen of van de sokken blazen is er echter niet bij. Daarvoor blijven de muzikale ambities van het vijftal te veel aan de veilige kant van de lijn. De intrinsieke klasse van de muzikanten en de hun muzikaliteiten tillen de plaat echter met gemak uit boven de goede middelmaat.
Meer over Accordion Tribe
Verder bij Kwadratuur
Interessante links