Eigenlijk was het voor Matthew Thomas Dillon niet de bedoeling dat het grote publiek zou kennismaken met zijn songs. Aanvankelijk knutselde deze Brit, geboren en opgegroeid in Newport Pagnell, zijn albums gewoon thuis in elkaar met een viersporenrecorder van 140 Pond en een bed vol synthesizers. Zijn doelpubliek beperkte zich tot hemzelf en enkele vrienden, maar toen al probeerde hij zich voor te stellen hoe het zou zijn om een album te maken in een echte studio met een echte piano, een echte drum en echte strijkers.
De praktijk kwam enkele jaren later en begin 2007 verscheen het album 'Puddle City Racing Light' waarop de 26-jarige songschrijver zelf te horen is op piano en als zanger. Waar hij vroeger alles steevast zelf speelde, verplichtte zijn nieuwe aanpak hem om bijkomende hulp te zoeken. Die vond hij bij producer Tom Knott, bassist Alex Berry, keyboardspeler en zangeres Tracey Browne en nog enkele andere muzikanten. Berry en Browne maken momenteel ook deel uit van Dillons liveband die verder bestaat uit drummer Porl Rider en celliste Sara Rees.
Over de audio
Matthew Thomas Dillon doet niet graag moeilijk. Voor hem geen complexe songstructuren, maar catchy melodieën in vaak eenvoudige, maar treffende arrangementen. Zo ook voor 'Fluorescent Lights', waarin een patroontje van 3 akkoorden het hele nummer dicteert: vaak heel eenvoudig en breed gespeeld, dan vergezeld van de repetitieve cello van Sara Rees, uitgewerkt tot een "volwaardige" pianopartij, vergezeld van of aangedikt met een meerdere strijkers en drum. Boven dit alles zweeft de nasale, hoge stem van Matthew Tomas Dillon in het voor hem zo kenmerkende timbre.
Meer over Windmill
Verder bij Kwadratuur
Interessante links