De erfenis van bassist Charles Mingus wordt vaak te stiefmoederlijk behandeld, zo meent rietblazer Gebhard Ullmann. Herdenkingsbands willen dikwijls gewoon klinken zoals Mingus in zijn tijd deed en gaan vanuit die gedachte totaal voorbij aan de vooruitstrevende ideeën die de muzikant had over jazz in het algemeen, met zijn eigen muziek in het bijzonder voor ogen. Tá Lam 11, de band (bestaande uit tien rietblazers en een accordeon) die Mingus hier opnieuw tot leven wekt, wil de prachtige composities die zijn overgebleven dus niet historisch interpreteren, maar juist vanuit een eigentijdse context. Daarbij gaat het sociaal-kritisch aspect van de nummers verloren, maar wat er voor in de plaats komt, is een nieuw soort esthetiek die stukken ruiger en intrigerend klinkt dan de gemiddelde Mingus-bewerking van vandaag de dag.
Om een thema als dat van 'Wednesday Night Prayer Meeting' te herkennen, moet men niet bijster veel van Charles Mingus gehoord hebben. De typische manier waarop een kwakende sax zich nestelt boven een ostinate lijn, is zeker niet ongebruikelijk voor de manier waarop Mingus componeerde en het basismotief nestelt zich razendsnel in het hoofd van de luisteraar. Tá Lam 11-leider Gebhard Ullmann interesseert zich echter niet voor het thema op zich, maar laat meteen een duivelse improvisatie los op de smeuïge repetitieve groove. Na de wringende cluster op 3'48" lijkt het nummer terug te vallen op een meer verinnerlijkt patroon, die een mooie aanvulling vormt op de duivelse improvisatie op het basisthema van 'Wednesday Night Prayer Meeting'. Men merkt echter gauw dat dit een brug blijkt te zijn om even te flirten met 'Boogie Stop Shuffle', een andere Mingus-klassieker, waarvan een letterlijke flard bijvoorbeeld rond de zesde minuut opduikt. Daarna (6'20") schiet het eerste thema echter terug uit de startblokken, waarna Ullmann een virtuoos pakt met de duivel afsluit in een steeds verder escalerende strijd met het thematisch materiaal. Dat een dergelijk gegeven alleen maar met tandgeknars kan eindigen, kondigt zich lang op voorhand aan. De verwachting wordt heftig ingevuld en de indruk die bijblijft, is niet gering.