De uit Zwitserland afkomstige pianist Sylvie Courvoiser werd geboren in Lausanne en verhuisde in 1998 naar New York waar ze nu nog steeds verblijft. Haar avontuurlijke muzikale ingesteldheid bracht haar zowel naar klassieke als naar jazzpodia, waarop ze actief was in verschillende bezettingen: als soliste, in duo met violist Mark Feldman of met haar eigen ensembles, waarin Feldman een constante blijft. Het duo (en koppel) heeft samen een eigen kwartet en is ook te horen in het Trio Abaton (met cellist Erik Friedlander) en het kwintet Lonelyville, met naast Feldman en Courvoisier ook cellist Vincent Courtois, drummer Gerald Cleaver en Ikue Mori op elektronica. Samen met Mori en Susie Ibarra op drums vormt Courvoisier daarnaast het vrouwelijke trio Mephista.
Net als Courvoisier is Ellery Eskelin een muzikant met een heel eigen geluid en muzikale benadering: melodisch, harmonisch en ritmisch. Geboren in Baltimore in 1959 verhuisde hij op zijn achtentwintigste naar New York waar hij groepen had met o.a. Joey Baron en Drew Gress. In 1994 formeerde hij zijn befaamde trio met Andrea Parkins en Jim Black, de bezetting waarmee Eskelin zijn grootste faam zou verwerven. Van deze groep verschenen meer dan tien cd's waarvan het overgrote deel op het Zwitserse label hatHUT. Muzikanten die in de loop van de jaren het trio tijdelijk kwamen vervoegen, zijn Philippe Gelda en Jessica Constable (sinds 2004 geregeld met het trio te horen wanneer het in Europa tourt), Erik Friedlander, Joe Daley, Marc Ribot en Melvin Gibbs.
Naast hun ontmoetingen in het trio Courtois-Courvoisier-Eskelin (met opnieuw cellist Vincent Courtois), spelen Courvoisier en Eskelin ook als duo, een bezetting waarvan in 2008 het album ‘Every So Often’ verscheen op het door Eskelin zelf geleide label Prime Source.
Over de audio
‘Number 19’ is een van de tracks die Courvoisier en Eskelin opnamen, maar die niet op ‘Every so Often’ geraakt zijn. Opvallend, want deze opname moet niet onderdoen voor de nummers die de cd wel gehaald hebben. De inzet wordt gegeven door Eskelin die duidelijke melodieën speelt met veel lucht op het saxgeluid. Courvoisier zorgt voor een pointillistische achtergrond, waarvan de verschillende elementjes geleidelijk aan meer melodische vormen gaan verraden.
Door allebei wat
low profile te spelen, houden ze elkaar in evenwicht. Hierin komt na twee minuten verandering, wanneer Courvoisier de dramatiek opvoert. Hierbij is het opvallend hoe trefzeker ze klinkt in haar onvoorspelbare melodische lijnen. Eskelin volgt later, alsof hij – als een echte diesel – wat meer tijd of de drukkere omgeving van Courvoisier nodig heeft om helemaal op gang te komen. Op hetzelfde energieniveau als de pianiste geraakt de saxofonist nooit, maar net daardoor kan hij zijn melodische rol extra profileren.
Meer over Sylvie Courvoisier & Ellery Eskelin
Verder bij Kwadratuur
Interessante links