Voor zijn Powerhousesound-project liet Ken Vandermark zich inspireren door de ritmiek van James Brown, de dub van Lee Perry en de collagetechnieken van Public Enemy. Daarbij componeerde Vandermark de stukken vetrekkend vanuit de baslijn en niet - zoals gebruikelijk - vanuit de melodie of het thema. Op het Powerhousesound-debuut, de dubbelaar Oslo/Chicago: Breaks, liet hij dezelfde composities door zowel een kwintet (cd1) als een kwartet uitvoeren (Chicago-cd).
Over de audio
Coxsonne draagt Vandermark op aan Coxsonne Doddd, de legendarische Jamaicaanse reggaeproducer. Het nummer zet dan ook in met een behoedzame dubreggaebaslijn, onderstut door ingetogen drumwerk. Vandermark sluit aan met mooie bluesy mijmeringen op tenorsax. Dan draait rond de anderhalve minuut de wind, een verandering in de baslijn laat duidelijk aanvoelen dat er verandering op til is. De wat afwachtende rust wordt dan ook drie minuten ver in de compositie doorbroken door de introductie van een stevige distortionbaslijn en een toename van de drumintensiteit. Dan komt Lasse Marhaugs opzetten met grove brokken elektronicanoise. Zo dendert de track door naar een knappe climax met 2 bassisten die dezelfde vettige basriff aanhouden en elektronicanoiseuitspattingen die alles dreigt te verzwelgen. In de epiloog wordt de subtiele basriff uit de intro hernomen en keert de rust weer.
Deze versie komt van de Oslo cd waarop naast Vandermark op sax, ook Ingebrigt Haker Flaten en Nate McBride op elektrische bas, Lasse Marhaug op elektronica en Paal Nilssen-Love op drums is te horen.
Meer over (((Powerhouse Sound)))
Verder bij Kwadratuur
Interessante links