Het moet voor pianist, componist en meervoudig bandleider Kris Defoort een verrassing geweest zijn toen hij plots een uitnodiging in de bus kreeg om een concert op te luisteren in de Japanse hoofdstad. Achteraf bezorgde de geluidstechnicus hem een opname van zijn set, waar Defoort zelf heel tevreden over was. Hij herinnert zich het concert als een avond waarop "niets moest en alles kon", wat zich vertaald heeft naar een warmbloedige, gezellige set, waarin aan een gezapig tempo een heel aantal ideeën voorbij komen.
'Oh, Lucky Me' is het sluitstuk van 'Solo: Live in Tokyo', en tevens een nummer dat representatief is voor hoe het er op de hele plaat aan toe gaat. Weliswaar schakelt Defoort zo nu en dan een versnelling hoger of lager, maar algeheel gesproken kan de luisteraar het album kalmpjes tot zich nemen. Het is via een lang uitgesponnen, mijmerende lijn dat Defoort binnen deze track uiteindelijk bij het thema terecht komt, waarin hij een oer-jazzy akkoord legt dat het epicentrum van het hele nummer lijkt te vormen. Prachtig is hoe de pianist al wat deze notenreeks omgeeft, de betekenis van louter voor- of naspel geeft: alsof alle muziek onvermijdelijk naar het thema leidt, en er tegelijk haar oorsprong in vindt. De paradox van de kip en het ei verklankt, als het ware. Zo delicaat bovendien, dat het applaus na deze livetrack een paar vredige seconden op zich laat wachten - ontroerend!