Onderdrukt, voor even onafhankelijk, later opgepeuzeld door dictatoriale wereldmachten, grenzen die tot voor kort nooit helemaal definitief leken, ... Geen land dat aan zoveel interne verschuivingen onderhevig is geweest als Polen. Zo ontfutselde de staat zich na de Eerste Wereldoorlog een autonome positie op, die ongeveer twintig jaar later met de Duitse bezetting alweer aan een eind kwam. In de tussentijd flakkerde het Pools nationalisme echter op. Ook kunstenaars, waaronder te momenteel steeds hoger in het vaandel gedragen Karol Szymanowski, sleutelden aan een "volkse" stijl en integreerden meer en meer folkloristische elementen. Bijna honderd jaar later lijken bepaalde van zijn werken inderdaad een bestendiging van een identiteit, hoewel ze natuurlijk ook veel meer zijn dan (louter) dat.
Een orkest als de BBC Symphony Orchestra doet er goed aan niet zomaar het repertoire waarmee de grootste Europese en Amerikaanse orkesten uitpakken, te herkauwen. Onder de visie van pientere geesten als Edward Gardner durft het orkest zichzelf en haar positie op de huidige cd-markt te evalueren. Resultante is een zeer interessante discografie, met uitstekende uitvoeringen van Britse muziek alsook een momenteel lopende serie met als focus “muzyka Polska”. Daarvoor laten performante solisten zoals de Frans-Canadese Louis Lortie zich graag engageren. In Szymanowski’s vierde symfonie, eigenlijk een vermomd pianoconcerto, voert de componist de cadans van het werk onherroepelijk op in de vorm van een oberek, een snediger variant van de wat bekendere mazurka. Grote energiestromen vloeien samen in wat uiteindelijk een mastodont van een finale is – door Edward Gardner en Louis Lortie niettemin piekfijn ontleed.