'Molenbeekstraat', de tweede solo-cd van de achtenvijftigjarige Nederlandse pianist/producer Ernst Jansz, draait rond het thema van de langvervlogen jeugd. Het lijkt een beetje een "conceptalbum": de cd staat – tot de verbleekte en halfgescheurde zwartwitfoto's van het tekstboekje toe – bol van herinneringen aan tijden waarin zoete zorgeloosheid en romantisch hartzeer Jansz' leven beheersten. Tijden die nooit meer weerkeren, en die op een weemoedige manier tekstueel worden geëvoceerd. De songcollectie klinkt bijzonder spontaan en eenvoudig, maar is nooit simplistisch: Jansz gaat op zoek naar universeel herkenbare waarheden en emoties, met teksten die in lijn staan met het beste uit de Vlaams-Nederlandse kleinkunsttraditie. Op muzikaal vlak trekt Jansz een gevarieerde kaart, gedomineerd door akoestische folkrock, met wat halfruig elektrisch (slide-)gitaarwerk en enkele vleugjes blues – Ryan Adams' 'Love is Hell' of Dylans 'Blood on the Tracks' zijn hierbij twee mogelijke referentiepunten. 'Molenbeekstraat' is een verfrissende cd, waarmee de onzinnige stelling dat "Nederlands geen goede taal is om songs in te schrijven" weereens met verve wordt ontkracht: de kwaliteit van een songtekst valt of staat niet met een taal, maar met het feit of de zanger iets zinnigs te zeggen heeft. En dat laatste is bij Jansz zeker het geval.
Over de audio
'Dit huis' is geschreven naar aanleiding van een regularisatieactie voor asielzoekers, zo vertelde Jansz onlangs in
De Standaard. "Ik heb niet de hoop opgegeven dat er een betere wereld komt, maar wel dat ik de wereld kan verbeteren. Tenzij dan misschien een klein beetje in mijn eigen kleine omgeving, door af en toe mijn ongenoegen over bepaalde dingen te ventileren. Je moet als artiest af en toe je verantwoordelijkheid nemen," stelde hij. Wie niet op de hoogte is van deze achtergrond, zal niet snel vermoeden dat het nummer een sociaal engagement in zich draagt: de tekst bevat slechts vage verwijzingen naar de miserie en wanhoop van ontheemde mensen – vaag genoeg om ook in een niet-politieke, meer literaire context te functioneren. Maar mét kennis van deze ontstaansgeschiedenis wint het lied zeker aan diepgang. Jansz gebruikt een huis dat "hier al lang heeft gestaan" en dat "storm en regen kende" als metafoor voor een samenleving waarin men een veilig en geborgen leven kan leiden – vrij van oorlogsgeweld en andere onderdrukkingen. Jansz stelt een vraag – heeft de eerste "bezetter" van het huis het onvoorwaardelijke recht om de deuren van het huis te sluiten wanneer het huis "vol" is? – maar laat de luisteraar vrij om hierop zelf een antwoord te bedenken. De muzikale omkadering van de song is zeer representatief voor de cd als geheel: tintelende
fingerpicking-gespeelde folkgitaren, ingetogen drums, bas, Hammondorgel, en even wat stroomstoten van een elektrische gitaar in het refrein – sober, smaakvol en efficiënt.
Meer over Ernst Jansz
Verder bij Kwadratuur
Interessante links