Het ging allemaal snel voor het kwartet Arifa. Ontstaan in 2010 bracht de groep datzelfde jaar het album ‘Beyond Babylon’ uit dat prompt de prijs voor de beste in Nederland gemaakte wereldmuziek-cd kreeg.

Nationaliteit en afkomst, het zijn bij Arifa allemaal relatieve begrippen. Ud-speler en zanger Mehmet Polat bijvoorbeeld, komt uit Turkije, studeerde klassieke Turkse en Arabische muziek, maar belandde in Rotterdam om er de Indiase te bestuderen. Hij bleef hangen en was te horen bij onder andere het Metropole Orchestra en het NBE. Al even breed is het veld waarop kanunspeler Osama Abdulrasol zich begeeft. Afkomstig uit Irak studeerde hij kanun in zijn vaderland, maar klassieke gitaar in Engeland. Abdulrasol was actief in dans- en theaterproducties en tevens te horen met deFilharmonie, Goran Bregovic en Wannes Van de Velde.

Net als Polat belandde rietblazer Alex Simu in Nederland om er te studeren. Voor hem echter geen Indiase muziek, maar jazz (hij volgde ook lessen aan de New Yorkse Manhattan School of Music), meteen de sector waarin hij zijn belangrijkste strepen verdiende.

De enige die Nederland al van jongs af aan kende, was percussionist Sjahin During. Als kind van een Turkse moeder en een Nederlandse vader werd hij geboren in Amsterdam, maar groeide hij op in Istanboel. Hij was muzikaal actief op alle vijf de continenten, wat zich weerspiegelt in een uitgebreid instrumentarium dat uit verschillende culturen samen geplukt werd.

Over de audio

Dat met de muzikanten van Arifa heel wat verschillende tradities elkaar treffen, wil niet zeggen dat de vier zich tevreden stellen met een gemakkelijk stijlencocktail. Ze schrikken er niet voor terug om resoluut de kaart van het Midden Oosten te trekken, al laten ze even goed horen te kunnen opereren in verschillende samenspelverbanden.

In ‘Sufi 7’ is dat vooral opvallend door het opduiken en verdwijnen van duidelijke metra. Zonder echte overgang transformeert de muziek van de ene in de andere gedaante, waarbij verschillende samenspelvormen gebruikt worden.

Zo spelen kanun en ud in het begin precies gelijkritmisch samen met een melodie die over de grenzen van metra en maten heen zweeft. Net geen halve minuut in het stuk komt er een eerste serieuze wending wanneer er een traag schommelende groove voor metrische stabiliteit zorgt. De melodie die hier opduikt, blijft de volgende minuut bepalen, ook wanneer op 1:15 het geluid plots groter wordt.

Na goed twee minuten krijgen kanun en ud weer de vrijheid die ze benutten voor een in alle rust en stilte zwevende dialoog. Zachtjes schuift de klarinet bij, soms elektronisch uitgerekt. Bijzonder indrukwekkend is het subtiele samenspel dat zich ontwikkelt. De ud neemt de leiding, waarbij kanun en klarinet min of meer volgen: niet in een strakke canonstructuur, maar als een wat vage schaduw.

Vanaf 3:45 ontstaat er weer meer eensgezindheid en op 4:07 schakelen de vier van Arifa een versnelling hoger. De snelle drive en de kronkelende melodie zorgen voor muzikale cirkelbewegingen en laten een veel beweeglijkere groep horen dan eerder in ‘Sufi 7’ het geval was.

Dit moment als eindpunt nemen, was blijkbaar wat te gemakkelijk, want net voor het stuk vijf minuten ver is, verdwijnt het vaste tempo opnieuw. Deze keer is het de klarinet die in alle vrijheid het voortouw neemt, geschaduwd door de snaarinstrumenten.

Vanaf 5:34 begint ‘Sufi 7’ aan haar laatste beweging met de terugkeer van het traag schommelende ritme en de bijbehorende melodie van het begin. Zelfs het openbreken van het geluid (6:01) is er terug bij, alvorens de muziek terug tot rust komt, terugplooit en uiteindelijk uitsterft.

Meer over Arifa


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.