Met een programma dat fabelachtig genoeg integraal aan de vaak moeilijk bevonden muziek van Béla Bartók werd gewijd, mocht Levente Kende in de Handelsbeurs na de jaarwisseling de aftrap geven voor de laatste concerten in de abonnementreeks piano. Met Nelson Freire en Jean-Efflam Bavouzet krijgt de intieme Gentse concertzaal binnenkort nog twee pianogrootheden over de vloer. Steven Osborne, eveneens een muzikant met een indrukwekkend aantal lofbetuigingen op zijn palmares, vervolledigt dat indrukwekkende rijtje met een concert op woensdag 27 februari.
De Britse pers is niets minder dan gek op hem. Op Steven Osborne nu de complete pianomuziek van Ravel onder handen neemt, samen met die andere Britse sterpianist Paul Lewis achter het klavier kruipt voor duetten van Schubert, Britten begeleidt of Mussorgsky en Prokofiev combineert (zoals op zijn laatste opname voor Hyperion): het regent superlatieven en The Times, The Guardian, The Daily Telegraph en The Sunday Times halen eventueel zelfs hun vijfde ster speciaal voor hem van stal. Dat ook de vakpers niet genoeg kan krijgen van Osborne, betekent dat er meer aan de hand is dan alleen Brits chauvinisme.
Het feit dat beide sonates nog altijd worden opgevoerd, betekent inderdaad dat mensen nog immer sensitief zijn voor de affecten die zowel Beethoven als Schubert in een geësthetiseerd kader wilden aanbieden. Interessant is dat Osborne ook meer compacte stukken meebrengt naar Gent: zijn Beethovens bagatellen opus 119 niet bij uitstek een nietig verklaring van de grote muzikale vorm, die gefaald heeft om het grote gevoel te herbergen? Hetzelfde geldt mogelijks voor Schuberts prachtige impromptu's, waarvan de kiem eerder motivisch muzikaal materiaal dan structureel ideeëngoed lijkt. Hoe verlichtend dit alles echter op papier lijkt: elk beeldend kunstenaar weet dat het theoretisch onmogelijk is een lijn te tekenen buiten een vlak. Kortom is er altijd structuur, en precies dat is wat Steven Osborne, iemand die zeer nauwgezet studeert en niet als de eerste de beste pianist met een goede intuïtie moet worden afgedaan, waarschijnlijk tot een geschikte interpreet maakt om vier uiteenlopende en tegelijk ideëel voor een stuk gelijkmatige werken uit te voeren. Een concert dat in het gezellige dimlicht van de Handelsbeurs wel tot een exalterend resultaat moet leiden...