Herfst + De Kreun = Sonic City. Die muzikale rekensom geldt inmiddels al zo’n zeven jaar aan een stuk. Termen als “vernieuwend”, “te ontdekken”, “stedelijk” en “verrassend” sieren ook deze editie weer.
Om het lijstje fenomenen verder aan te vullen: dit jaar pakt De Kreun uit met niemand minder dan publiekstrekker Neneh Cherry, voor wie haar passage op Couleur Café twee jaar geleden of op Dour afgelopen zomer mocht gemist hebben (of deze indrukwekkende, penetrante act juist nog een keer wil meemaken). Dat de Zweedse dame die in een vorig leven met een handvol pophitjes boegbeeld stond voor vrouwelijke zelfstandigheid, niet terugdeinst voor een experimentje meer of minder en zo haar muzikale identiteit voortdurend aan het wankelen brengt, mag duidelijk zijn.
Obscure hiphop met cirKus, flirtende jazz met The Cherry Thing … op haar nieuwe album ‘The Blank Project’, geproduced door niemand minder dan Four Tet, werkt ze samen met RocketNumberNine. Robert en Tom Page flirten al ettelijke jaren met minimale, ritmische elektronica en mysterieuze, akelige sferen. De kale, bevreemdende muziek die de heren scheppen, een netwerk van krautrock en tibalritmes met vreemde hoeken en haken, biedt een prachtig kader voor de penetrante, warme soulstem van Neneh Cherry, waardoor de emoties in songs als ‘Spit Three Times’ of het openbarende ‘Naked’ ten top wordt gedreven. Wat overigens niet wegneemt dat de zangeres hier en daar uitpakt met een stevige snede bitse hiphop.
Een paar leuke extraatjes: Geoff Barrow, die nu niet meer van de partij is, startte zijn studiocarrière als hulpje ten tijde van de opnames van Cherry’s tweede plaat, ‘Homebrew’. Tom Page drumt al enkele jaren mee op James Holden zijn liveshows en RocketNumberNine zal als duo ook zaterdag optreden, waarbij jazzy kronkels tussen de leefwereld van drums, ritmeboxen en synthesizers de vocale leegte zullen vullen.
Het programma van Sonic City pendelt trouwens wel meer tussen atmosferische en abstracte acts. Wie op hiphopbeats en mysterie mikt, mag gerust ook op zondag passeren. De enigmatische Dean Blunt, die zich verhult in een mist van roddelverhalen en gissingen (was hij nu wel of niet professioneel bokser, is hij echt lid van The Nation of Islam…?), neemt partner in crime Inga Copeland ditmaal niet mee, maar komt solo zijn blitse album ‘The Redeemer’ presenteren. Eigen aan het hippe Londonse label Hyperdub, gaat het hier om lome, vervaagde beats, diepe, fragmentarische bassen en ijl wegdwarrelende zanglijnen. Spaarzaam verrijkt met weemoedige strijkers en duistere synthesizers, duikt Blunt in een bedrieglijk romantische wereld.
Zoals het vorige maand vrijgegeven nummer ‘Trident’ aankondigt, zal de nog dit najaar uit te komen plaat ‘Black Metal’ nog dieper graven. Melodieën gaan regelmatig aan het wankelen en klinken soms zelfs bewust vals. Veel tokkelend snaarwerk zorgt hier voor een onstandvastige sfeer. De constante bestaat veeleer uit diep hoppende beats, schrapende percussie en subtiele haken. Fragmenten van viool en de ver weggetrokken, uit de hoogte torende parlandostem van Blunt of het gemijmer van gaste Joanne Robertson creëren een bevreemdende, wezenloze atmosfeer. De doezelige hiphop waar Dean Blunt momenteel gestalte aan geeft, herbergt echter een boel fascinerende en fantasievolle klanken en details.
Meer elektronisch prikkelend oorsmeer? Het New Yorkse label TriAngle bestaat inmiddels nog maar een kleine vijf jaar, maar met releases van Holy Other, The Haxan Cloak, oOoOO of einzelgänger Vessel heeft het enkele opmerkelijke hybriden in houseland neergeplant. Feit, ‘Order of Noise’ van die laatste heeft zijn naam niet gestolen. De Brit Sebastian Gainsborough zorgt met zijn gestructureerde digitale chaos graag voor verwarring. Noem het gerust progressief ritmisch vernuft, waarbij droge blokken van beats als een baksteen op de maag liggen, maar digitale percussie, antiritmen en weggelopen flarden trachten die solide stukken materie te vergruizen. Sla een spiegel in honderd stukken en plak die volgens een geheel eigen rangorde terug aan elkaar, zo’n beeld ongeveer.
Of dat niet volstaat, mag daar nog een vleug mysterieuze synthesizersfeer bij of wat onderhuidse, diepe baspulsen – kwestie van alle banden met het aardse te verbreken. De dit jaar verschenen opvolger ‘Punish, Honey’ bevestigt deze buitensporige aanpak, maar kapselt die nog wat meer in een dreigend, industrieel noisekader dat zelfs een enkele keer verglijdt naar ritmeloze ambient. Om experiment en abstractie te pushen, heeft Vessel zelf instrumenten vervaardigd uit metaalplaten en fietsonderdelen. Daarmee knipoogt de geluidspoëet naar krautrock en postindustriële acts als Einstürzende Neubauten. In combinatie met een minimale show met lasers en statische lichtvlakken zorgt dat voor een bevreemdende, penetrante stedelijke constructie die perfect in een setting als Sonic City thuis hoort.
Thuis? Familie? Het kon natuurlijk niet anders dan dat James Holden ook zijn labelvriendjes Nathan Fake en Luke Abbott inviteerde: de eerste met zijn progressieve dancesets waarin zowel jazz, pop als funk thuis horen (zei het in verknipte vorm), de tweede met zijn minimale ritmekaders van lang uitgesmeerde drones en veldopnames. Waar Fake al eens houdt van stevig doordreunen in de okselholten met diep gravende techno en repetitieve synthesizertunes, lijkt Abbott wel volledig in zichzelf te keren op podium en zich terug te trekken in een minimalistische wereld van geluid en evolutie. Grappig genoeg brengen ze elk op hun eigen manier psychedelisch verrijkende muziek die live gemanipuleerd wordt naargelang eigen gemoedstoestand en publieke reacties.
En zo koppelt Sonic City ook dit jaar weer vijftien acts op rij de intimiteit van een clubsetting aan de grandeur van internationale klasse. Vernieuwing is meer dan ooit de rode draad, ditmaal volledig ingezet op het elektronische front. Intrigerend? Dat is een belofte.