Langzaam maar zeker is het multiculturele festival Couleur Café aan het uitgroeien van een leuke trekpleister naar een evenement waar men moet geweest zijn. De losse sfeer, het unieke uitzicht (de skyline van Brussel) en de dreef vol exotische eetkraampjes hebben als voornaamste magneet plaats moeten ruimen voor een driedaags programma met wereldtoppers van formaat, waarbij pop, rock en elektronica opvallend en bewust genegeerd worden en aan anderen worden overgelaten. Met vier podia en meer dan vijftig veelal internationale acts zet het festival zich sowieso stevig in de kijker. Inmiddels rekent Couleur Café jaar na jaar op een bordje “uitverkocht” en lijkt ook deze 23ste editie dankzij een knoert van een affiche vol met zo’n 76.000 vrolijk gezinde mensen te gaan lopen.
Acoustic Africa, zaterdag 29/6
Acoustic Africa, deel drie. Het concept is eenvoudig: verschillende Afrikaanse muzikanten werken samen aan een programma waarin ze gezamenlijk nummers, geschreven door individuele bandleden, brengen. Na eerdere edities in 2006 en 2011 (met ondermeer Habib Koité en Oliver Mtudkudzi) draait de derde aflevering rond drie sterke vrouwen. Dobet Gnahoré (ook al van de partij in 2006) en Manou Gallo (gewezen bassiste van Zap Mama en al eerder op Couleur Café met eigen projecten) komen uit Ivoorkust en Kareyce Fotso uit Kameroen. De drie krijgen het gezelschap van balafonspeler Aly Keïta. Zijn aanwezigheid voegt nog een extra laag toet aan de typische, gelaagde Afrikaanse polyritmiek die bij Acoustic Africa mooi vermengd wordt met melodisch songmateriaal.
Balkan Beat Box, zondag 30/6
Cody ChesnuTT, zaterdag 29/6
Cody ChesnuTT (liefst met twee hoofdletters achteraan) mag nog maar dikke tien jaar zichzelf en zijn fans aan het entertainen zijn, het is nu al een heuse Amerikaanse neo-soul ster. ChestnuTTs carrière kwam in een stroomversnelling toen The Roots de man zijn ‘The Seed’ coverden en hemzelf als begeleidende zanger en gitarist vroegen. Sindsdien zijn een Shortlist Music Prize, een optreden bij Jools Holland en een cv met de grootste festivalpodia een feit. Pas vorig najaar, een klein decennium na het legendarische dubbelalbum ‘The Headphone Masterpiece’ kwam de gekscherende troubadour uit Atlanta met een tweede plaat op de proppen. De man zijn unieke mengeling van funk, soul en rock met een bezwerende smoothness en een hoge coolness-factor wordt op ‘Landing on a Hundred’ verder uitgepuurd. Afro vibes, zalvende melodieën en een meeslepende stem die moeiteloos sensuele heesheid met hoge zweeftonen vermengt, halen de spirit van Marvin Gaye opnieuw boven en laten gevoeligheid primeren boven dwaasheid. Opnamestad Memphis waadt door sterk doorleefde liedjes met fabuleuze arrangementen van veel strijkers en spaarzame blazers en daarmee snijdt de inmiddels niet meer aan crack verslaafde neger met soldatenhelm moeiteloos door de ziel van zijn aanhoorders. Het Depot in Leuven kreeg in het begin van de lente al een voorsmaakje: Cody is soul!
Die Antwoord, zondag 30/6
Jimmy Cliff, vrijdag 28/6
Elk jaar passeert op Couleur Café wel een van de nog weinig overlevende, eerste generatie rootsreggaesterren. Ditmaal is het de beurt aan de bejaarde Jimmy Cliff, de man van ‘Reggae Nights’, ‘The Harder they Come’, ‘Fantastic Plastic People’ of ‘Wonderful World, Beatiful People’, vaste waarden in de Jamaicaan zijn melodieuze, nog steeds energieke livesets. Ondanks zijn nogal popgetinte muziek en ingesteldheid (Cliff legt zich bewust niet toe op de voor hem te beperkende rasta ideologie), is de erg soulvolle tenorzanger ook de man van de vernieuwing. Vorig jaar nog toerde hij in Amerika samen met de Dave Matthews Band en sinds twee jaar werkt hij samen met Tim Armstrong van de punkband Rancid. Het zijn dit soort verdiensten en de net verschenen, alom geprezen plaat ‘Rebirth’ die dit voorjaar nog een tweede Grammy opleverden als beste Jamaicaanse ster. Op dit kwalitatief erg consistente album grijpt Jimmy Cliff terug naar ska, rocksteady en rootsreggae uit de jaren ’70, maar durft daar ook een cover van The Clash (‘The Guns of Brixton’) in te vermengen. Verwacht ontspannen, zuivere maar ook melodieus erg verslavende reggae met vanzelfsprekend de nodige politieke aspiraties. Cliff sleept overigens ook een enthousiaste, negenkoppige begeleidingsband mee op podium, dat half wordt ingepalmd door drum- en percussie-instrumenten.
La Makina del Karibe, vrijdag 28/6
Echt flatterend is de herkomst van champeta-muziek niet te noemen. De naam verwijst naar een kort mes, ondermeer gebruikt als verdedigings- en aanvalswapen in de armere delen van de Colombiaanse stad Cartagena. Zoals zoveel muziek uit Latijns-Amerika is champeta verbonden met slavernij en armoede, al valt daar in de muziek van La Mákina del Karibe weinig van te merken. Met een injectie van elektrische gitaren trekt deze uit Bogota afkomstige band de traditionele champeta verder open tot een bruisende en energieke cocktail die te horen is op hun album ‘14 Chankletazos Terapéuticos’. De plaat is integraal te beluisteren op de Soundcloud-pagina van de band: een gratis kennismaking met een bende die het betere feestgedruis aflevert.
Maceo Parker, zaterdag 29/6
Max Romeo & the Congos, vrijdag 28/6
Een clash van Jamaicaanse titanen komt de laatste jaren wel meer voor. Voornamelijk de legendarische band The Congo’s die met ‘Heart of the Congo’s’ twintig jaar geleden een reggae-album maakte dat in kenners hun top 5 niet mag ontbreken, lijkt de laatste tijd wel op zoek naar projecten om hun unieke driestemmigheid en rootsmuziek uit te lenen. In eigen land mocht zelfs de erg getalenteerde, jonge Pura Vida tot tweemaal toe een plaat opnemen met de bejaarde rasta’s (eveneens telkens een dijk van een release). Ditmaal begeleiden The Congo’s een andere gigant in reggaeland: Max Romeo. Deze charmezanger scoorde reeds begin jaren ’60 zijn eerste hits en groeide al snel uit tot een der grootste rootsreggaeartiesten (zelfs buiten de reggaefanaten gekend door zijn door The Prodigy gesamplede ‘Chase the Devil’). Met een andere alom gekende wereldhit, ‘War inna Babylon’ werd Romeo in de 70’s een van de eerste echte Jamaicaanse protestzangers, een voorbeeld voor het aanvechten van politieke en religieuze onderdrukking. Max Romeo, die inmiddels de gezegende leeftijd van 66 jaar bereikt heeft, doet het tegenwoordig wat rustiger aan en heeft al meer dan tien jaar geen voet gezet op Belgische bodem -een kort gastoptreden op de 75ste verjaardag van dubkoning Lee Perry niet meegerekend-. Wie dat laatste feestje in Gent ging zien, zag The Congo’s en Romeo al samen op podium en weet nu dat een set mag verwacht worden vol knallende reggaehits, strak en authentiek. Beide vocale grootheden houden echter vandaag nog steeds de vinger aan de pols en verkiezen nog steeds energie en gedrevenheid boven het succes van een jukeboxshow. Enkel al de omvang van legendarische rasta’s op podium zal deze passage een unicum maken dat – gezien hun gezegende leeftijd – nooit meer zal meegemaakt worden.
Morgan Heritage, zondag 30/6
De link met andere muzikale bloedverwanten als the Kelly Family of The Jackson Five is snel gelegd als het over Morgan Heritage gaat. Het Amerikaanse vijftal trad in de voetsporen van pater familias en een der grootste New Yorkse rasta’s, Denroy Morgan. Morgan Heritage staat voor uptempo, gladde rootsreggae waarin meerstemmigheid primeert, meezingen de boodschap is en een op en top zomers gevoel heerst. Het gezelschap slaagt er in om de rappende, hitsige stem van sista Una Morgan te combineren met de gemoedelijke zang van Gramps en jongere broer Peter Morgan, wat een unieke harmonie oplevert. Verder wordt soulvolle reggae opgeklopt met jankende gitaarsolo’s, en felle uitbarstingen. Heerlijk rollende baslijnen en de glijdende keyboardpartijen van Una leiden steevast openbarende refreinen en swingende openbaringen in, wat Morgan Heritage een uptempo revelatie maakt vol energie en authentieke kracht. Zanglijnen, gitaarriffs, basthema’s en keyboardakkoorden vloeien samen tot een psychedelisch totaalspektakel van rockin’ reggae. De laatste jaren gaan de leden van de Morgan familie elk solo hun eigen weg, maar bereiken ze nooit de unieke harmonie van het Morgan Heritage gezelschap.
Nina Miskina, zaterdag 29/6
Couleur Café mag dan de reputatie hebben van een feel good festival te zijn, met de Belgische rapster Nina Miskina valt er weinig te lachen. Zaterdag om 15u, nuchter op de maag, is deze van origine Congolese in de Move te horen als een van de laureaten van het Wanted!-wedstrijd. Na samenwerkingen met onder andere Pitcho en Gandhi (eveneens te horen op Couleur Café) legde ze zich toe op haar eigen werk, wat resulteerde in de ep ‘Désordre’ te beluisteren op Bandcamp. Daarop is vooral in het nummer ‘Rien à Cacher’ te horen hoe direct en confronterend de jonge mc uit de hoek kan komen: het soort hiphop dat de verenigde gilde feestneuzen fris in hun zak kunnen steken. Bovendien laat ‘Désordre’ heel verschillende producties horen waartegen Miskina haar teksten spuwt. Geen evident concept om mee op een podium te klimmen.
Saule, vrijdag 28/6
Wie Saule en ‘enfant terrible’ in dezelfde zin gebruikt, slaat de bal zover nog niet mis. De singer-songwriter uit Franstalig Brussel heeft op zijn derde plaat begeleidingsband Les Pleureurs bedankt en ingeruild voor het entourage van de Britse folkbluesmuzikant Charlie Winston. De charmes van troubadour Saule ofte Baptiste Lalieu zijn daarentegen niet afgezwakt. De lach en de traan die geleend werden van Jacques Brel, worden begeleid door de volkse sfeer van akoestische gitaar. De chansonnier houdt van humor en zelfrelativering, wat leidt tot een punkgetinte doe-het-zelf attitude die ondermeer straatrock en reggae-invloeden toelaat en een zekere muzikale nonchalance injecteert die enkel Fransozen kennen. De goedlachse Saule put meer dan ooit uit folkmuziek en gek gebekte, tegendraadse rammelpop naar het voorbeeld van Sharko, maar blijkt een genie in het bedenken van vrolijke arrangementen die zijn hoog opklimmende falsetstem begeleiden. Het zijn de rijk bedeelde Frans-Engels gezongen indiesongs vol hitsige, akoestische gitaarspeeltjes van zijn nieuwe album, die ervoor zorgen dat een liveshow van Saule tegelijkertijd iets feestelijks, iets uitbundigs en iets op en top volks heeft, maar een kwaliteit bevat die enkel de grootste songschrijvers gegund is. Het feit dat die songwriter het postuur heeft van een twee meter hoge buitenwipper en Siciliaans bloed heeft, zorgt natuurlijk voor extra cachet.
Trixie Whitley, vrijdag 28/6
Trixie Whitley
Xavier Rudd, zaterdag 29/6
De looks van een beach boy, een voorliefde voor surfen, een gedrevenheid in het uitvinden van gevoelige kampvuurliedjes: de Australiër Xavier Rudd lijkt wel gemaakt om vrouwenharten op hol te doen slaan. Het mag de wat zanger worst wezen. Al zeven studioplaten lang neemt de blanke activist het immers op voor de rechten voor de Aboriginals. Juist daarom beperkt de straatzanger zijn liedjes niet enkel tot bejegende, licht hese stem en hakkende akoestische gitaar, maar schuilt hij zich op podium achter een bataljon percussie-instrumenten en didgeridoos. De multi-instrumentalist is een heuse live performer die op blote voeten djembe of mondharmonicastukken tussen zijn liedjes voegt als ware het de evidentie zelve. Op zijn laatste album ‘Spirit Bird’ grijpt Rudd terug naar de sfeer en ritmen van de Aboriginals, live ook bekrachtigd door ontdubbelde zangpedalen die een gospel effect weergeven. Hoe het ook zei, Xavier Rudd op podium bezig zien is een artiest beleven die alle zintuigen simultaan gebruikt, via een polyritmiek van zang en instrumenten een vierkoppige band evenaart. Charmes, uitstraling en muzikale kunsten zorgen er allicht voor dat de fans van Xavier Rudd ook meteen devote volgelingen zijn.
Wax Tailor, zondag 30/06
Hiphop en triphop, het blijft een moeilijke zaak. Heeft het alleen te maken met de lengte van de klep van de pet, of ook met de muziek? Feit is dat DJ Shadow, de man voor wie de stijlaanduiding zowat uitgevonden werd, allerminst gelukkig was met het label dat hij opgeplakt kreeg. Hetzelfde zou op kunnen gaan voor de Fransman Wax Tailor, zeker op zijn recentste plaat ‘Dusty Rainbow From the Dark’. Die wordt niet alleen gedomineerd door rasechte hiphopbeats, ook het feit dat de instrumentale muziek integraal uit samples opgetrokken is, wijst in de richting van de klassieke Amerikaanse draaitafelkunst. Over zijn warme producties plaats Jean-Christophe Le Saoût (want zo noemt zijn moeder hem nog steeds) al even appetijtelijke gastvocalen van ondermeer Aloe Blacc en verteller Don McCorkindale die in ware ‘War of the Worlds’ stijl het verhaal vertelt van een jongen, op zoek naar de regenboog. Afwachten wat het live gaat worden, maar Wax Tailors knappe passage op Couleur Café in 2011 - toen met live muzikanten - maakt de verwachtingen in elk geval hoog gespannen.