Janaceks derde opera was deze 'Jenufa', die gecomponeerd werd in 1896 en, meer dan twintig jaar later, na zijn Weense première, Janacek uiteindelijk internationale erkenning zou brengen. Het Tsjechische label Supraphon geeft met deze dubbel cd- box een opname uit 1979 opnieuw uit, met Janacek- kenner Frantisek Jilek als dirigent van het opera- orkest en -koor van Brno.
'Jenufa' past in een reeks naturalistische opera's die aan het einde van de negentiende eeuw geschreven werden. De tekst is volledig in proza gedacht en in een Moravisch dialect geschreven Volledig in de geest van het realisme geeft Janacek de luisteraar dus een gedetailleerde plaatsbepaling voor zijn opera mee, want het hele verhaal speelt zich af in een Slovaaks boerendorp. Qua muziek is 'Jenufa' Wagneriaans, dat wil zeggen volledig doorgecomponeerd, en ontdaan van recitatieven of aria's. De zanglijn volgt de uitspraak van de tekst getrouw en klinkt dus erg grillig, met grote sprongen en onvoorspelbare zinswendingen. Het verhaal, over jaloezie en kindermoord, moet Janacek zelf erg persoonlijk aangesproken hebben na de dood van zijn dochter Olga, die stierf toen hij 'Jenufa' aan het schrijven was.
De muziek van deze opera is eigenzinnig en vernieuwend en dat wordt al duidelijk vanaf de eerste maten. Eén enkele aangehouden en snel herhaalde noot in de xylofoon opent de opera en dient als een van de belangrijkste leitmotieven van het werk. Jammer genoeg komt een opera als deze, zonder aria's, ensembles of puur muzikale momenten, niet volledig over op cd, en zou je eigenlijk een geënsceneerde uitvoering moeten bekijken om er ten volle van te kunnen genieten. Toch schrijft Janacek ook enkele betoverende, kleine, puur muzikale intermezzi, zoals aan het begin van de eerste en derde aktes, muziekstukjes die een sterk element van Oost- Europese volksmuziek in zich hebben zitten.
De cast, die volledig uit Tsjechische zangers bestaat, presteert sterk, al komt de zangstijl, met zijn typische Oost-Europese, donkere kleur en krachtige klank wat ouderwets over. Omdat er in de moedertaal gezongen wordt, klinkt de tekst heel natuurlijk en verstaanbaar. Jenufa wordt erg knap vertolkt door Gabriela Benackova, die heel expressief met haar stem kan omgaan en beslist niet bang is om glissandi of een soort van sprechstimme te gebruiken om angst, jaloezie of woede uit te drukken. Bovendien bezit zij de mooiste en intiemste piano dynamiek van alle solisten. Stiefmoeder Kostelnicka wordt gezongen door Nadezda Kniplova, die met een vlotte, heldere hoogte veel kleur kan maken. Jammer genoeg komen haar zanglijnen wat geforceerd over, een probleem waar ook andere zangers wat mee te maken hebben. Tenor Vilém Pribyl zingt goed en soepel, met die typische, warme en donkere kleur die veel Oost- Europese zangers kenmerkt. Het koor speelt maar een kleine rol maar voert die met veel verve uit, zoals het charmante meisjeskoor uit de derde acte bewijst.
Hoewel dirigent Frantisek Jilek een overtuigende en ernstige interpretatie neerzet, doet de digitale remastering van deze opname het orkest geen eer aan. Niet alleen overheersen de zangers over het algemeen in de balans, maar je kunt als luisteraar ook letterlijk horen hoe de volumeknop van het orkest naar omhoog gedraaid wordt zodra de zangers er het zwijgen toe doen. Dit had beslist beter gekund, zoals bij zoveel andere cd's van dit label. Ook enkele solo's in het orkest, met name de nogal vlakke soloviool, hadden overtuigender gekund. Al bij al dus geen slechte cd – hoewel je een werk als dit eigenlijk op scène moet kunnen zien en horen - maar ook geen echte topper. Daarvoor zit de balans niet echt mee, en komt de zang, ondanks al zijn kwaliteiten, wat verouderd en vooral wat te geforceerd over.
Meer over Leos Janacek
Verder bij Kwadratuur
Interessante links