Passage klinkt op het zelfgeproduceerde 'The Forcefield Kids' als iemand die als puber zijn verzameling strips geruild heeft voor een gênant goedkoop keyboard en zijn collectie baseballkaartjes voor een akoestische gitaar. In onvervalste slaapkamerstijl knutselt hij hiermee tracks in elkaar met beats die onder zijn bed zijn blijven liggen, melodietjes uit het nachtkastje en teksten die nog in de achterzak van zijn jeansbroek waren blijven steken. Hoe lo-fi en ambachtelijk dit alles ook mag klinken: iets als puberale zieligheid wordt meteen de nek om gewrongen. Dit is muziek in de beste anticon-traditie, wat dat dan ook mag zijn.
De cd, die net geen 50 minuten duurt, is gevuld met 21 tracks, geassembleerd uit goedkope Casiobeats, -blieps en effectjes, overstuurd zoemende '80s synthesizers, kapotte loops, gitaarfolk, en vocalen die schipperen tussen klaaglijk zingen en hyperkinetisch rappen. In dit laatste kan hij soms aan zijn labelgenoot sole doen denken, hoewel Passage niet de onstopbare, net uit het ritme marcherende drive van zijn collega heeft. De schattig-bittere muziek lijkt dan weer geleend van why? (eveneens uit de anticon club). Waar deze laatste echter uitmunt in een schijnbaar eindeloze inspiratie m.b.t. het spelen met geluiden en sferen, houdt Passage het wat soberder. Hierdoor wordt zijn muziek iets minder afwisselend, maar zo krijgt die natuurlijk ook meteen een eigen gezicht. 'The Forcefields Kids' baadt in een heel eigen muzikale poëzie die al even moeilijk te vatten is als de teksten. Onderwerpen als griezelfilms, het leven op de schoolbanken, ziekenhuizen, Reagan, zijn oude tante Mary waarvan de benen geamputeerd zijn of het gebrek aan heroïsche dramatiek bij blanke tieners mogen dan duidelijk passeren: waar het allemaal exact naar toe gaat, is minder gemakkelijk uit te vissen.
Dit is geen hiphop van handjes in de lucht, gouden kettingen of kreunend meezingen. Wenkbrauwen fronsen omwille van tekst en muziek zijn hier meer op hun plaats.
Meer over Passage
Verder bij Kwadratuur
Interessante links