Om twee redenen in het bijzonder is de laatste operaproductie bij het Franse label BelAir Classiques erg actueel. Ten eerste werd de gepresenteerde opera, met name Kurt Weills 'Aufstieg und Fall der Stadt Mahagonny', recent opgevoerd in de Vlaamse Opera in een gruwelijke, indringende en vooral juiste regie van Calixto Bieito. Net zoals librettist Bertolt Brecht en componist Kurt Weill in hun tijd zouden gedaan hebben, liet Bieito de vulgariteiten heel expliciet naar voor komen in een poging het publiek een spiegel voor te houden. Dat er elementen uit die enscenering terugkomen in de eerder gemaakte versie van het Catalaanse gezelschap La Fura del Baus, dat instond voor deze 'Rise and Fall of the City of Mahagonny', voelt nogal beteuterd voor wie verpletterd was door het eindresultaat in de Vlaamse Opera. Ook deze versie is heel genietbaar en inhoudelijk op het scherp van de snee, ondanks die iets bravere invulling. De tweede reden waarom de timing voor deze dvd-release heel goed komt, is overigens dat La Fura dels Baus en haar regisseur Alex Ollé huidig seizoen in De Munt te gast was met een mooie 'Oedipe'. Hun visuele idioom blijkt zowel in deze als in hun Brusselse productie origineel en esthetisch, hoewel hun beeldtaal lang niet meer zo wereldschokkend is als ze eens is geweest. De keuze voor een Engelstalige versie, waarin de gesproken teksten tussen de Engelse liederen kortom ook in het Engels worden gereciteerd, is overigens spijtig. Ze zorgt misschien wel voor een grotere coherentie, maar het Engels is minder penetrant dan Brechts scherpe Duits en er is ook gewoon geen zinnige verklaring waarom men van taal zou veranderen.
Weills 'Aufstieg und Fall der Stadt Mahagonny' is in tijden van economische crisis relevanter dan ooit. In de Vlaamse Opera, en tot op zekere hoogte ook hier, werden echter retorische vragen gesteld die niet alleen het kapitalisme in een negatief daglicht plaatsten, maar ook kwamen existentiële kwesties als de zoektocht naar geluk erin aan bod. Door zeer herkenbare verwijzingen naar welbekende obsceniteiten, zoals kinderpornografie en wanpraktijken in de kerk, aan het verhaal te koppelen, ging Bieito weliswaar kort door de bocht, maar liet zijn lezing tenminste niemand onverschillig. Dat doet de vraag rijzen of La Fura dels Baus niet wat te ongedwongen met deze opera is omgesprongen. Anders dan Bertolt Brecht in zijn tijd wil het gezelschap schijnbaar de zin voor suggestie en de beeldende poëzie behouden. Dat dit op bepaalde momenten misselijkheid in de weg staat, is effectief een minpunt. Anderzijds balanceert deze regie soms op de rand tussen gesuggereerde lelijkheid en scènische schoonheid, zoals wanneer de mannen van Mahagonny gezamenlijk uit een voederbak eten. In het meer zwaarwichtige orgelpunt van de opera behoudt Ollé overigens meer spankracht, hoewel zijn slot letterlijk pamflettair en nogal achterhaald door de tijd aandoet.
Toch is dit een zeer goede 'Rise and Fall of the City of Mahagonny'. De intrinsieke kwaliteit van Weills zeer diverse partituur zit daar uiteraard voor iets tussen. Dirigent Pablo Heras-Casado vertolkt haar vol vuur en het Orquesta del Teatro Real is accuraat en vinnig, om later zonder problemen naar een grote melancholie en lyriek over te schakelen. De prachtige saxofoonrol wordt hier bijvoorbeeld schitterend ingevuld, terwijl het schetterende koper de meer geëxciteerde delen fantastisch vertolkt. Ook de zangers zijn allen goed, zonder echte uitschieters te kunnen noteren. Belangrijk bij een opera als deze is dat de vocalisten ook goede acteurs zijn, omdat er tenslotte een absurde tragikomedie moet vertolkt worden waarin het menselijke element ten allen koste geloofwaardig moet blijven. Daarin slaagt deze evenwichtig vertolkte en vormgegeven productie uitstekend. De weinig uitgesproken keuzes, zowel in decor als in kledij, kunnen kortom gezien worden als een bewuste keuze voor matiging, waardoor muziek en woord meer betekenis krijgen. Inderdaad is deze 'Rise and Fall of the City of Mahagonny' geen stomp in de buik, zoals de choquerende versie in de Vlaamse Opera, maar wel een eerder intellectueel, humoristisch en ontroerend waagstuk. Om die reden minder overweldigend, maar nog steeds geweldig interessant.