Een nieuwe plaat van de Flat Earth Society die klinkt als een echte FES-plaat, betekent dat more of the same? Ja, maar hier ook meer én beter. Meer dan ooit klinkt het vijftienkoppige orkest onder leiding van Peter Vermeersch als een bigband die er geen is. De muzikale kwaliteit en discipline van de grote jazzorkesten vindt op 'Cheer Me, Perverts!' haar weg naar een universum waarin de band weinig collega's, laat staan concurrenten heeft.
Funky grooves, wisselende thema's in de traditie van Frank Zappa ('Rearm,Get That Char!'), een dreunende wals, jazz uit oude zwart-witfilms, de groepsgeest van een Balkanband en hier en daar een klein streepje elektronica: het parcours van FES zit nog steeds vol bochten en hellingen. Toch zet het album 'Cheer Me, Perverts!' de evolutie voort waarbij het zuiver eclectische en de gekte (niet de humor of het dubbelzinnige) die er vaak mee samenhangt steeds meer ten dienste van de muziek staan. De verschillende stijlen en de humor worden hier beter dan ooit geïntegreerd in een heel eigen geluid. Het orkest klinkt hechter en de composties waren nog nooit zo doordacht. De balans tussen compositie en improvisatie is heel stabiel: solistische passages passen beter in het geheel en worden goed omkaderd door het arrangement. In deze arrangementen laat Vermeersch horen dat hij oor heeft voor de individuele kleur van instrumenten. Bovendien kiest hij meer dan eens voor een gelaagde opbouw, waardoor de stukken niet alleen blijven boeien, maar ook extra stevig op hun poten staan.
Een voorbeeld van hoe uitgewerkt de stukken op deze plaat kunnen zijn, is 'Bad Linen' waarbij elke solist een andere begeleiding meekrijgt. Door het gebruik van verschillende thema's, grooves en instrumentkleuren klinkt deze compositie als een ontmoeting van het exotische van Ravels 'Bolero', funk, jungledrums en bigbandblazers. Vermeersch weet deze verschillende invloeden tot een organisch en logisch geheel te smeden, waarbij contrasten niet nodig zijn om de aandacht van de luisteraar vast te houden. Wanneer de extremen dan wel opgezocht worden, is het effect maximaal. Zo opent 'Too Sublime in Sin' traag, breed en met een weemoedige ondertoon à la Antony and the Johnsons. Wanneer het hele orkest in blok binnenvalt, wordt het roer bruusk omgegooid: eerst in korte, knallende stoten, later in een pompend ensemblespel. Het resultaat is een ontlading die perfect gekanaliseerd wordt en die menig concertganger zal uitnodigen om de stoelen uit de vloer te sleuren.
Het muzikale vocabularium van FES is indrukwekkend en gevarieerd, waardoor een breed publiek aangesproken kan worden. Wat daarbij eerbetoon is en wat parodie is bij momenten erg vaag. Dat is op deze plaat niet anders, zeker wanneer er uit het klassiek vaatje van de jazz getapt wordt. In 'Flatology' – met een ontketende Teun Verbruggen – knipogen Vermeersch en FES zowel naar de klassieke bigbandstijl als naar swingjazz. Of de springerige melodie daarbij een grijns of een milde glimlach wil zijn, is niet helemaal duidelijk, maar net deze onduidelijkheid is een van de dingen die van FES een uniek orkest maken. En van 'Cheer Me, Perverts!' een hoogtepunt in hun oeuvre.
Meer over Flat Earth Society (FES)
Verder bij Kwadratuur
Interessante links