Bij het begin van ‘Crush Depth’ wordt de luisteraar opgesloten in een oude, mechanische lift die dieper en dieper afdaalt in het duister onderwater. De tocht leidt uiteindelijk naar een vergeten beschaving waar de geesten van George Clinton, Sun Ra en Frank Zappa ronddwalen: weliswaar zonder het hedonisme van de eerste, de vrijheid van de tweede of het serieux van de derde. Toch is Chrome Hoof geen flauw aftreksel van deze (en andere) groten uit de muziekgeschiedenis. Zoals ‘Crush Depth’ ook geen doorslagje is van het in 2007 verschenen ‘Pre-Emptive False Rapture’.
Dat het veelkoppige en theatrale Chrome Hoof (de vaste bezetting van tien in futuristische glitterkostuums gestoken muzikanten werd voor deze release meer dan verdubbeld) met de inbreng van keyboards, (alt)viool, fagot, sax en trompet heel wat wegen uitkan, spreekt voor zich. Met hakkende gitaarritmes, zoemende keyboards, strakke drumpartijen en nauwkeurig uitgevoerde akoestische partijen laveert de groep tussen electro, funk, metal, klassieke kamermuziek en progrock. Reken daarbij de toegenomen vocale inbreng van Lola Olafisoye die varieert van de onschuld van Chinese punk tot de bezetenheid van Diamanda Galás, en het universum (het onderaardse rijk?) van Chrome Hoof neemt stevige proporties aan.
Het reservoir aan beschikbare stijlen verleidt de band niet om van de hak op de tak te springen. De tracks worden zorgvuldig opgebouwd en vormen elke een eigen geheel, waarbij het klankbeeld gelaagder is dan bij de vorige plaat. Dat er daarbij veel meer te horen valt dan louter structuren van strofe en refrein spreekt voor zich, maar alles blijft wel overzichtelijk. Verschillende muzikale thema’s worden aangeschakeld, keren terug, worden gecombineerd en aangepast, waardoor er een natuurlijk verloop ontstaat, ondanks de soms stevige stijlbreuken. Ook de ritmische hoekigheid blijft binnen de perken: die is namelijk steevast verankerd in gangbare maatsoorten, waarbij de brekende accenten door de herhaling gemakkelijk vatbaar worden.
Knappe voorbeelden van de werkwijze van Chrome Hoof zijn ‘Crystalline ’ en ‘One Day’ waarbij delen al dan niet aangepast herhaald worden en een climax wordt bereikt door het combineren van de verschillende muzikale bouwstenen. Slechts twee nummers klinken als aaneenrijgen van fragmenten. ‘Third Sun Descendent’ is een ketting van riffs en op ‘Citadel Expires’ haalt de band de grootste contrasten uit de kast: na het mysterieus-religieuze begin wordt het klankbeeld funky, filmisch en noise-achtig met onschuldige kinderstemmetjes die zo van bij mùm weggelopen zijn.
‘Crush Depth’ is een indrukwekkende plaat geworden die er in slaagt heel uiteenlopende stijlen te integreren in één geluid. Dit in combinatie met de doordachte structuren en de afwezigheid van louter virtuoos gepingel, maakt van Chrome Hoof een boeiende band die in haar schatplichtigheid aan het verleden niet in de val trapt van de blinde adoratie of de steriele reproductie.
Meer over Chrome Hoof
Verder bij Kwadratuur
Interessante links