Nauwelijks een half jaar na 'Altar', Boris' samenwerking met doom metal-specialisten Sunn O))), laat het Japanse rocktrio opnieuw een sterke release op de wereld los. Ditmaal vervoegd door de psychedelica-huurling Michio Kurihara levert Boris een van zijn meest gestroomlijnde, toegankelijke albums af tot heden.
'Rainbow' is de directe opvolger van 'Pink' (2006), Boris' grote doorbraakplaat in Europa en de VSA. Deze laatste was een meesterwerk van verblindende punk/rock/metal en wist enthousiaste reacties los te weken bij muziekcritici en bloggers, waardoor de band al gauw een trouwe fanbasis had ontwikkeld in beide werelddelen. De pijlsnelle metalriffs en zware drones, die een prominente plaats innamen op 'Pink', zijn op 'Rainbow' teruggeschroefd in het voordeel van een meer traditioneel rockgeluid met psychedelische inslag. Dit is voor een deel de verdienste van gitarist Michio Kurihara, een ouwe rot in de Japanse alternatieve scene. Kurihara is wat men noemt een professionele gastmuzikant: de 46-jarige Japanner speelt al sinds zijn tienerjaren in diverse bands en schreef mee aan de Japanse rockgeschiedenis door zijn betrokkenheid bij de legendarische psychedelicaband White Heaven en, meer recent, bij de al even hallucinogene bands The Stars en Ghost (zie elders in deze kolommen). De gitarist schrijft zelden mee aan nummers, maar zijn aparte geluid, vergelijkbaar met dat van John Cippolina (van de Amerikaanse 70's rockgroep Quicksilver Messenger Service), tilt de muziek waar hij aan meewerkt steeds naar een hoger niveau. Ook de songs op 'Rainbow' zijn van enkele onthutsende gitaarpartijen voorzien: zo is opener 'Rafflesia' een orkaan van prachtige, overweldigende feedback en noise die nog het meeste doet denken aan de massieve geluidsmuur van 'Pink'. In de rockers 'Starship Narrator' en 'Sweet No.1' treedt Kurihara nog het meest op de voorgrond: zijn snerpende klank en vingervlugge speelstijl geven de nummers een vintage gevoel dat doorheen het album een warme, nostalgische sfeer oproept, herinnerend aan de hoogdagen van de Amerikaanse acid rock.
Toch is 'Rainbow' niet louter een showcase voor de talentvolle Kurihara: Boris heeft opnieuw een verzameling waardevolle songs bij elkaar geschreven. Gitariste Wata fluisterzingt op de fragiele, intimistische titelsong, in een schril contrast met Kurihara's scherpe gitaarssolo die als een mes doorheen het delicate weefsel van de track snijdt. Boris laat zich op dit album van een onverhoeds sierlijke kant zien. Zo onthult de lieflijke instrumental 'My Rain' een tedere zijde van de groep. De melancholische, ontheemde sfeer van 'Shine' is vreemd genoeg verwant aan 'Right as Rain', nog steeds een van dEUS' beste songs. Ook in 'You Laughed Like a Watermark', wordt een gematigd tempo aangehouden en als het vlotte, meeknikbare nummer niet van zo'n neerslachtige zang was voorzien, had dit Boris' eerste popsong kunnen zijn. De sombere Takeshi, zowel de bassist, gitarist als hoofdzanger van de groep, schittert vooral in het indrukwekkende 'Starship Narrator': 's mans stem wordt overladen met reverb, wat zijn Japanse teksten al even spaced out doet klinken als de loeiende gitaren. Het heerlijk waaierende 'Fuzzy Reactor' haalt alle trucs uit de psychedelica-doos: achterstevoren afgespeelde melodieën, zweverige ooh's en aah's, eindeloos zwervende solo's... Enkel een sitar ontbreekt nog om bij het latere werk van The Beatles te belanden. Hoewel de cd hier een schijnbaar natuurlijk einde bereikt, wilt Boris 'Rainbow' niet besluiten met een gedoodverfde 'epische' eindsong. Integendeel trekt de groep van leer met het venijnige 'Sweet No.1': de gitaristen gaan wijdbeens staan en vereren headbangend hun rockgoden, terwijl drummer Atsuo eindelijk nog eens loos gaat zoals enkel hij dat kan. 'No Sleep till I Become Hollow' is tenslotte, ondanks de veelbelovende titel, weinig meer dan een sfeervol niemendalletje.
Relatief rustiger en meer uitgebalanceerd dan het avontuurlijke 'Pink', zal dit album voor sommige luisteraars een stapje achteruit lijken. Er wordt minder geestdriftig geëxperimenteerd met songstructuren en withete gitaarnoise, terwijl Kurihara's inbreng de nummers een meer traditioneel-psychedelische inslag geeft. Toch is 'Rainbow' een solide, gemoedelijke plaat geworden, die zowaar enkele potentiële singles herbergt.
Meer over Boris & Michio Kurihara
Verder bij Kwadratuur
Interessante links