De Franse componist Bernard Cavanna is er een die graag met contrasten speelt. De door hem meest geliefkoosde vorm is dan ook niet toevallig het concerto: een muzikale structuur waarin solist en orkest tegen elkaar in kunnen gaan, maar elkaar even goed onderweg ergens kunnen ontmoeten en gezamenlijk kunnen bouwen aan hetzelfde verhaal. Precies dat stramien keert doorheen deze hele cd meermaals terug: een bepaald instrument wordt in contexten geplaatst waar het normaal gezien niet thuishoort, waarna Cavanna onderzoekt hoe dat instrument zich integreert in de dikwijls absurde totaalklank. "Als in het poppentheater" en "brandweermannengalop" zijn geen ongebruikelijke aanwijzingen in zijn partituren: het burleske wordt kortom expliciet opgezocht en voor de luisteraar wordt Cavanna's oeuvre snel een bos waardoor men na amper tien minuten geen bomen meer ziet.

Deze opname is er dan ook die de luisteraar wat tijd moet geven. Het hardvochtige, ongepolijste klankidioom van Cavanna, dat in het eerste deel van het 'Shanghai Concerto' of doorheen 'Trois Strophes' duidelijk aan bod komt, kan men onmogelijk dagelijks tot zich nemen. Deze verzameling van werken groeit eerder in het bestek van maanden, hoewel men van bij aanvang reeds voelt dat hier iets bijzonders gaande is. Wat kan helpen om beter tot de muziek van Cavanna door te dringen, is de bijgevoegde dvd bekijken waarop de documentaire 'La Peau sur la Table' te zien is, gemaakt door Delphine De Blic. Daarop staan niet alleen andere werken van Cavanna verzameld, maar eveneens wordt getoond hoe de persoon achter de complexe muziek eruit ziet. Zo begint de film met een tragikomische scène op een markt, waar Cavanna "de la musique contemporaine" aanbiedt voor amper een euro. Niemand gaat echter op zijn aanzoek in en Boulez of Dutilleux zijn namen die weinig belletjes doen rinkelen. Noem het zelfspot of zelfrelativering, maar het zegt wel iets over hoe Cavanna zich verhoudt tot zijn werk: hij wil het tot bij de mensen brengen en er velen mee in vervoering brengen en ontroeren - een lastig karwei in de 21e eeuw.

Het universeel herkenbare "volkse" is, als verlengstuk van voorgaande opmerking, merkbaar aanwezig in vele van zijn werken. In het 'Shangaï Concerto', een dubbelconcerto voor cello en viool, zijn die invloeden min of meer latent aanwezig, met hier en daar toch een quasi vulgaire eruptie. Het werk is opgedeeld in vier delen, elk met een duidelijk gevarieerd karakter, waarin celliste Emmanuelle Bertrand (een van de belangrijkste cellistes van dit moment) en violiste Noëmi Schindler de solistenrollen op zich nemen. Cavanna gebruikte voor het werk een Oosterse melodie (voor het tweede deel), maar verwerkte bijvoorbeeld ook een stukje partita van Bach. Bach keert alweeer terug in het volgende werk, het intiemer opgevatte 'Trois Strophes', waarin de componist ode brengt aan de vermoorde Congolese politicus Lumumba aan de hand van een cryptogram van diens naam – precies zoals Bach dikwijls zijn muzikale handtekening achterliet in zijn werk. Na de woelige complexiteit van deze drie korte commentaren, kiest Cavanna met het 'Karl Koop Konzert' voor het grove geschut. De free jazz is nooit veraf in de orkestrale uitbarstingen waarin tientallen stemmen door elkaar lijken te blazen. Toch overheerst een standvastig gevoel van geconstrueerde (dis)harmonie, dat Cavanna perfect weet te handhaven doorheen de partituur.

Verfijning heeft Cavanna soms te weinig te bieden, maar de ongeremde overgave aan zijn ontwapenend pure en krachtige ideeën biedt een ervaring op zich. Ook de documentaire is niet meesterlijk, laat staan goed gemaakt: Dutilleux wordt op nogal klungelige wijze opgevoerd en bepaalde scènes doen extreem gekunsteld aan, maar cd en dvd geven samen een sterk beeld van waar Cavanna voor staat en dat is het voornaamste. Een interessante ontdekking dus, zeker voor wie nog gelooft in het fabeltje dat klassieke muziek altijd "te braaf" zou zijn.

Meer over Bernard Cavanna


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.