Twee vroeg twintigste-eeuwse concerti voor viool en orkest van componisten die een radicaal verschillende koers insloegen, dat biedt Hilary Hahns nieuwste album aan. Want het is moeilijk om twee tijdgenoten te vinden die meer van elkaar verschilden, dat wist filosoof en muziekcriticus Theodor Adorno ook; deze fervente bewonderaar van Schönbergs twaalftoonstechniek schreef een vlammend pamflet tegen Sibelius' muziek, die hij als simplistisch en ouderwets beschouwde. Desondanks is ook Schönbergs vioolconcerto uit 1936 een in essentie romantisch werk, met veel onverholen lyriek.
Hilary Hahns lezing van beide werken is zonder meer prachtig. In Sibelius' concerto neemt ze alle tijd om de muziek breed uit te spreiden en van de klank van elke afzonderlijke lange noot ten volle te genieten. Hahn slaat precies de juiste toon en speelt met net genoeg ernst om dit concerto doorleefd te doen klinken. Snelle passages bezitten dan weer alle energie die je ervan mag verwachten en maken de laatste loopjes van het eerste deel bijzonder opwindend. Geen maniërismen of overbodige bravoure in de finale maar een erg vlotte en zuivere beheersing van hoge register zijn al indrukwekkend genoeg. Een perfecte virtuositeit en een heerlijk zwaar doorklinkende laagte verlenen het laatste deel haar ijlende karakter. Gevoelige passages worden niet overdreven uitgesmeerd en komen zo des te krachtiger over. Het concerto van Schönberg combineert een bij momenten quasi classicistische helderheid met een romantische lyriek. Hahns warme vibrato doet wonderen voor wat, ondanks de atonale harmonie, eigenlijk nog een laat-romantisch concerto is. Ze maakt erg dankbaar gebruik van Schönbergs kleurrijke orkestratie en haalt een ongekende weelde aan klankkleuren uit haar instrument, zodat ze erg mooi mengt met welke instrumentale combinatie ook.
Esa Pekka Salonen haalt alle mogelijke grandeur uit Sibelius' concerto, dat op orkestrale passages de ijzersterke kracht zijn de zeven symfonieën bezit. Diepe, prominente bassen en een meesterlijk spel met donkere, grauwe klankkleuren verlenen het eerste en tweede deel een uitzonderlijke diepgang. De finale tot slot krijgt een opzwepende ritmiek mee. Schönbergs concerto wordt erg strikt en met een erg precieze zorg voor details uitgevoerd maar blijft erg natuurlijk en logisch overkomen. De onvoorspelbare zinswendingen in het trage deel hebben zelfs iets mild humoristisch. De finale, met zijn wervelende afwisseling van de meest uiteenlopende muzikale motieven, komt toch erg organisch en transparant over.
Hilary Hahn doet zoveel meer dan enkel de solopartij vertolken, in beide concertos versmelt ze haast met het orkest, zodat solist en begeleiding perfect op elkaar ingespeeld zijn. Een lucide interpretatie van Schönbergs concerto en een Sibelius die diepzinnig, ijzersterk en meespelend gebracht wordt, maken deze cd een absolute aanrader.
Meer over Arnold Schönberg, Jean Sibelius
Verder bij Kwadratuur
Interessante links