Mahler zette de tekst van het lied 'das Himmliche Leben' voor het eerst op muziek als deel van een collectie van wat hij zelf 'Lieder, Humoresken und Balladen' uit 'des Knaben Wunderhorn' noemde. Deze verzameling volkse gedichten en liederen was aan het begin van de negentiende eeuw door dichters Achim von Arnim en Clemens Brentano bij elkaar gesprokkeld. Mahler zette vijftien van zulke gedichten op muziek. 'Das Himmlische Leben' beschrijft met haast kinderlijke onschuld een visie van een perfect bestaan, los van alle aardse pijn en ontbering. Bijna tien jaar later, in 1901, zag Mahler hoe dit rustige lied de perfecte finale voor zijn vierde symfonie kon vormen.
Mahlers vierde is in vele opzichten een buitenbeentje binnen het oeuvre van deze laat romantische componist: voor iemand die doorgaans met grootse orkestrale bezettingen geassocieerd wordt, valt deze vierde op door het relatief kleine aantal muzikanten dat voor een uitvoering nodig is. En voor een componist die tot dan toe symfonieën schreef die op geen enkele manier met de klassieke, vierdelige vorm overeen kwamen, is deze vierde, met haar opeenvolging van openingsdeel (in sonatevorm), scherzo, langzaam derde deel en finale, een verrassende toegeving aan de traditie. Maar waar men zou verwachtten dat deze vierde in grandeur eindigt, besluit Mahler zijn vierde symfonie met deze spaarzaam georkestreerde zetting van 'das Himmlische Leben' – een bedrieglijk eenvoudige en naïeve kijk op het paradijs waarbij hij de sopraan zelfs opdroeg om een uitdrukking van kinderlijke onschuld uit de beelden...
De cd waaruit deze 'das Himmlische Leben' komt, is een opname van het jubileumconcert van eredirigent Bernhard Haitink met het Koninklijk Concertgebouworkest. Vijftig jaar geleden dirigeerde de maestro voor het eerst een concert met dit befaamde orkest en sindsdien is zijn naam onlosmakelijk met het KCO verbonden gebleven. Vooral enkele vroege en baanbrekende opnames van de symfonieën van Anton Bruckner en Gustav Mahler zijn beroemd en op dit jubileumconcert was Mahlers vierde symfonie dan ook een logische keuze.
Over de audio
Een blik op de uitvoerders schept hoge verwachtingen en noch orkest, noch solisten stellen dan ook teleur. Let bij een beluistering van dit laatste deel op sopraan Christine Schäfers rijke klank en haar mooie uitspraak en door en door romantische interpretatie. Ze gebruikt haar vibrato erg smaakvol (in het Duitse romantische repertoire zeker niet steeds een constante) maar verder ademt deze muziek ontegenzeggelijk die typische Mahleriaanse klank uit, die de muziek soms net dat beetje lui doet klinken, vooral wanneer enkele passages wat breder dan gewoonlijk gedacht worden. Betoverend mooi is de laatste strofe (rond 5'15"), waar Haitink het orkest verplicht nog stiller dan voorheen te spelen, haast onhoorbaar, wat aan deze strofe een haast kamermuzikale intimiteit verleent. Christine Schäfers stem blijft, zelfs in een 'pianissimo' dynamiek, heel melodieus en behoudt al haar klankrijkdom.
Meer over Gustav Mahler
Verder bij Kwadratuur
Interessante links